ZITTING VAN MAANDAG 13 SEPTEMBER 2021

 

Aanwezig:

voorzitter

Peter Van Rompaey

voorzitter vast bureau

Wim Caeyers

raadsleden

Servais Verherstraeten, Luc Van Craenendonck, Hans Schoofs, Koen Van Gompel, Paul Vanhoof, Jos Lodewijckx, Lotte Vreys, Jan Vangheel, Zehra Ünlü, Solange Abbeloos, Davy Geboers, Hanne Paepen, Anneleen Dom, Maarten Van Camp, Chris Xhenseval, Lander Geyzen, Masha Celen, Bas Van Olmen, Koen Boeckx, Nele Van Roey

leden vast bureau

Andreas Verbeke, Lieve Heurckmans, Hilde Valgaeren, Hans De Groof, Maria Belmans, Frederik Loy, Wendy Soeffers

algemeen directeur

Stefan Hendrix

Verontschuldigd:

raadsleden

Tomas Sergooris, Ria Melis, Els Ceulemans, Sofie Molenberghs

 

 

Overzicht punten

Zitting van 13 september 2021

 

NOTULEN RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN - 28 JUNI 2021 - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

De raad voor maatschappelijk welzijn vergaderde in zitting van 28 juni 2021.

 

De notulen van deze raad werden in Meeting.mobile gekoppeld als bijlage aan dit agendapunt.

 

Juridische gronden

Artikel 34 § 1 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn - goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn van 11 maart 2019 - bepaalt dat de notulen van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn worden opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur.

 

Behalve in spoedeisende gevallen, worden de notulen van de vorige vergadering ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn. Het huishoudelijk reglement bepaalt de wijze waarop de notulen ter beschikking worden gesteld.

 

Artikel 33 § 1 van het huishoudelijk reglement bepaalt dat de notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn alle besproken onderwerpen vermelden in chronologische volgorde, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de raad voor maatschappelijk welzijn geen beslissing heeft genomen.

 

Bijlagen

1)      Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 28 juni 2021

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Het is verplicht dat de notulen van de vorige raad voor maatschappelijk welzijn worden goedgekeurd op de eerstvolgende zitting.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het gemeentebestuur.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28 juni 2021 worden goedgekeurd.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 14/09/2021
Overzicht punten

Zitting van 13 september 2021

 

WERKWINKEL VDAB - ADDENDUM GEBRUIKSOVEREENKOMST - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Het OCMW van Mol stelt gedeelten van het gebouw gelegen Jakob Smitslaan 24 in Mol, ter beschikking aan de Werkwinkel Mol.  Hiervoor werd op 15 februari 2007 een overeenkomst afgesloten.  Het gebruik nam een aanvang op 1 april 2007 (hierna de ‘oorspronkelijke overeenkomst’ genoemd).

Vanaf 1 januari 2020 maakt de Werkwinkel geen gebruik meer van 4 bureau’s, vanaf 1 juni 2020 worden het inkomsas, de inkomhal en de balie gemeenschappelijk gebruikt.  Hierdoor verkleint de gebruiksoppervlakte die exclusief gebruikt wordt door de Werkwinkel.

Door deze veranderingen dringt zich een aanpassing van de oorspronkelijke overeenkomst op.

Dit addendum maakt integraal deel uit van de oorspronkelijke gebruikersovereenkomst van 15 februari 2007.  Volledigheidshalve worden alle artikels van de oorspronkelijke overeenkomst overgenomen in dit addendum, ook de artikels en artikelgedeeltes die ongewijzigd blijven.

 

Juridische gronden

Artikel 77 van het decreet over het lokaal bestuur: "De raad voor maatschappelijk welzijn beschikt over de volheid van bevoegdheid voor de aangelegenheden die aan het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn door of krachtens wet of het decreet zijn toevertrouwd."

 

Artikel 78, 11° van het decreet over het lokaal bestuur: "de daden van beschikking over onroerende goederen, behalve die vermeld in artikel 84, §3, 8°, b), kunnen niet aan het vast bureau worden toevertrouwd."

 

Inspraak en advies

Advies departement ruimte, afdeling patrimonium: gunstig met het addendum gebruikersovereenkomst Werkwinkel.

 

Bijlagen

1)      Addendum gebruikersovereenkomst

2)      Gedetailleerde lokalenlijst

3)      Grondplan

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Door veranderingen in het gebruik van de lokalen dringt zich een aanpassing van de oorspronkelijke overeenkomst op.

 

Financiële weerslag

De verrekeningen van de overeengekomen gebruikersvergoedingen zullen met terugwerkende kracht verrekend worden.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het addendum gebruikersovereenkomst Werkwinkel goed, met als inhoud:

 

Artikel 1:

 

Deze overeenkomst heeft tot voorwerp: de terbeschikkingstelling door het OCMW-Mol van een deel van de infrastructuur gesitueerd in het Sociaal Huis, Jakob Smitslaan 24 in 2400 Mol, nl.:

1. Het gebruik van de voorzieningen van het gelijkvloers van de werkwinkel:

Bijgevoegd grondplan van het gelijkvloers.  Bijgevoegde excellijst geeft de gedetailleerde oppervlaktes weer:

       Alle ingekleurde lokalen (505,01 m2) werden in de oorspronkelijke overeenkomst ter beschikking gesteld aan de gebruiker.

       De groen en rood ingekleurde lokalen (435,87 m2) werden tussen 1-01-2020 en 1-06-2020 ter beschikking gesteld aan de gebruiker.

       De groen ingekleurde lokalen (383,81m2) worden vanaf 1-06-2020 ter beschikking gesteld aan de gebruiker.

 

2. Het gebruik van de voorzieningen van polyzaal 2 (52,65 m²), gelegen eerste verdieping incl. het gebruik van de (open) vestiaire en specifieke materiële uitrusting: TV, video, beamer e.a..

3. Het gebruik van de refter, gelegen eerste verdieping (53,55 m²).

4. Het gebruik van de fietsenstalling.

 

Artikel 2:

 

(gelijkvloers)  De infrastructuur zoals beschreven onder artikel 1 punt 1 zal exclusief en permanent ter beschikking worden gesteld aan de gebruiker.

 

(polyzaal 2)  Principieel wordt de polyzaal 2, zoals beschreven in artikel 1 onder punt 2, ter beschikking gesteld aan de gebruiker tijdens de kantooruren.  De gebruiker -Werkwinkel Mol- noteert vooraf binnen een bepaald reservatiesysteem het gebruik van deze vergaderzaal.  Wanneer echter OCMW-Mol, VDAB-vorming en opleidingen of andere lokale derden wensen gebruik te maken van polyzaal 2 wordt dit mogelijk gemaakt door reservatie.  De inschrijving van polyzaal 2 door de gebruiker -Werkwinkel-Mol- krijgt voorrang op reservaties door anderen tot 1 maand voorafgaand aan de dag van het eigenlijk gebruik.  Buiten de kantooruren zal deze infrastructuur door OCMW-Mol gebruikt worden.  OCMW-Mol noteert vooraf binnen een bepaald reservatiesysteem het gebruik van deze vergaderzaal buiten de kantooruren.  Wanneer echter de gebruiker, VDAB vorming en opleidingen of andere lokale derden wensen gebruik te maken van deze vergaderzaal wordt dit eveneens mogelijk gemaakt door reservatie maar de inschrijving door OCMW-Mol krijgt buiten de kantooruren voorrang op reservaties door anderen tot 1 maand voorafgaand aan de dag van het eigenlijk gebruik.

 

De gebruiker zal er dan ook op toezien polyzaal 2 telkenmale te ontruimen en gebruiksklaar te stellen in de eigenlijke basisopstelling wanneer er na kantooruren nog een activiteit zal plaatsvinden in de polyzaal 2.

 

OCMW-Mol zal voorzien in een éénvormig reservatiesysteem voor de vergaderlokalen die door de gebruiker kunnen aangewend worden met in het bijzonder polyzaal 2.  Het reservatie-logboek bevindt zich bij de receptie van de sociale dienst en wordt beheerd door betrokken personeel.

 

(refter)  De infrastructuur zoals beschreven onder artikel 1 punt 3 kan door de gebruiker enkel worden aangewend als:

       Refter bestemd voor werkwinkelconsulenten tijdens de middagpauze van 12.00u. tot 12.30u. voor het nuttigen van drank, snacks of lunch.  OCMW-Mol voorziet in de aanwezigheid van automaten met drank en/of snacks.

       Refter bestemd voor werkwinkelcliënteel tijdens de onderbreking van vorming, opleiding of vergadering die plaatsheeft in polyzaal 2.  Volgende tijdstippen kunnen externen GEEN gebruikmaken van de refter:10.00u.-10.15u. en 12.00u.-13.00u. en 15.00u. – 15.15u.  Het OCMW-Mol voorziet in de aanwezigheid van automaten met drank en/of snacks.

Deze infrastructuur wordt eveneens aangewend als refter voor OCMW-personeel of OCMW-gastconsulenten.

 

(fietsenstalling)  De fietsenstalling van OCMW-Mol, gelegen achter het OCMW gebouw-Trefpunt, kan door de werkwinkelconsulenten gebruikt worden enkel om hun persoonlijke fiets te stallen tijdens hun aanwezigheid in de werkwinkel.  Deze fietsenstalling wordt eveneens door OCMW-personeel gebruikt.  Deze stalling is enkel toegankelijk voor diegenen met een toegangsbatch.  OCMW-Mol voorziet in het aangevraagde aantal toegangsbatches voor de gebruiker.  De gebruiker is verantwoordelijk voor verlies en/of beschadiging aan deze batches.  De gebruiker mag enkel toegang verlenen aan personeel.  Personeel uit dienst dient zijn batch in te leveren.  De programmatie en codering van de toegangsbatches gebeurt door OCMW-Mol.

 

Artikel 3:

 

1. Voor het gebruik van de infrastructuur, zoals opgenomen in artikel 1, zal een gebruiksvergoeding worden aangerekend enkel en alleen voor het gebruik van de aangeduide lokalen, nutsvoorzieningen en specifieke materiële uitrustingen in polyzaal 2.  Deze vergoeding bedroeg in de oorspronkelijke overeenkomst 2.250,00 euro per maand.

 

2. Voor het onderhoud van het gelijkvloers, de infrastructuur die volledig door de gebruiker wordt ingenomen, werd een vergoeding van 1.000,00 euro per maand door OCMW-Mol aangerekend aan de gebruiker.  Onderhoud betekent hierin:

       schoonmaak van de lokalen (functionele ruimten en nutsruimten) en werkplekken van de gebruiker op het gelijkvloers van de werkwinkel;

       gebruik van schoonmaakproducten bij de onderhoudswerken;

       klein onderhoud zoals bv. vervangen van een defecte lamp.

 

3. De totale maandelijkse vergoeding bepaald in de oorspronkelijke overeenkomst t.b.v. 3.250,00 euro per maand, zijnde de basisvergoeding, wordt aangepast aan de kosten van levensonderhoud.  Deze aanpassing gebeurt op basis van de schommelingen van het gezondheidsindexcijfer zoals bedoeld in het K.B. van 1993-12-24.  De aanpassing vindt jaarlijks plaats op de verjaardag van de inwerkingtreding van deze overeenkomst zijnde op 1 april van elk jaar volgens de wettelijke formule:

Nieuwe vergoeding = basisvergoeding * nieuw indexcijfer

    aanvangsindexcijfer

Het nieuwe indexcijfer is de gezondheidsindexcijfer van twee maanden voorafgaand aan die van de aanpassing van de vergoeding, zijnde de maand februari.  Indien het gezondheidsindexcijfer van regeringszijde wordt opgeheven zal de jaarlijkse indexering gebeuren op basis van het gewone indexcijfer van de consumptieprijzen.

De geïndexeerde gebruiksvergoeding bedroeg alzo op 1-01-2020, 4.056,80 euro per maand

 

De bijgevoegde excellijst geeft de berekeningswijze weer van de vergoedingen per gefaseerd gebruik:

       Tot 1-01-2020: 4.056,80 euro per maand;

       Van 1-01-2020 tot 1-06-2020: 3501,42 euro per maand;

       Vanaf 1-06-2020: 3083,17 euro per maand.

 

4. Het verbruik van de nutsvoorzieningen is hierin niet opgenomen.  Het verbruik van gas, water en elektriciteit op het gelijkvloers wordt gemeten a.d.h.v. flow-meters en door OCMW-Mol doorgefactureerd aan de gebruiker.  Het verbruik van de toiletartikelen van het sanitair op het gelijkvloers en het sanitair verbonden aan polyzaal 2 (deels) zal worden doorgefactureerd aan de gebruiker.

 

5. Er wordt niet voorzien in:

       facilitaire diensten zoals koffiezetten, vaatwasmachine in-en uitladen, enz.;

       representatie;

       telefooncentrale incl. toestellen; enkel de bekabeling is voorzien.

 

Artikel 4:

 

Deze gebruiksvergoeding dient betaald te worden door overschrijving op rekeningnummer

091-0008654-50 van rekeninghouder OCMW-Mol, Molenhoekstraat 2 in Mol met vermelding van “gebruiksvergoeding Werkwinkel Mol maand x”.

 

De betaling gebeurt voorafgaandelijk en twee maal per jaar, met name. de eerste werkdag van januari en de eerst werkdag van juli van het betreffende kalenderjaar.  De betaling voor het verbruik van de nutsvoorzieningen gebeurt op basis van een door het OCMW-Mol opgesteld factuur.  Per kwartaal wordt er een afrekening ter betaling voorgelegd aan de gebruiker, een eindafrekening wordt ter betaling voorgelegd wanneer het totaal overzicht van het verbruik in een werkjaar gekend is.

 

Het niet betalen van de gebruikersvergoeding zal als verbreking van de overeenkomst aanzien worden indien binnen een termijn van acht dagen na aangetekende maning hierop geen gevolg wordt gegeven.

 

Artikel 5:

 

De gebruiker dient zich te houden aan het gebruiksreglement, hierbij gevoegd en integraal deel uitmakend van deze overeenkomst.

 

Eventuele incidenten (inbraak, diefstal, ongeval, …) dienen zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen 24 uur door de gebruiker aan de technische dienst van het OCMW-Mol gemeld te worden (014-33 15 78 of 014-33 15 79 of tenhove.td@gemeentemol.be).

 

Artikel 6:

 

Alle gewone onderhoudswerken gebeuren door het OCMW-Mol.  De gebruiker zal de beschikbare infrastructuur en aanwezige technische voorzieningen en materieel goed onderhouden en als een goed huisvader gebruiken.  Alle opzettelijke beschadigingen door de gebruiker toegebracht aan het gebruikte goed zullen verhaald worden op de gebruiker.

 

Artikel 7:

 

De gebruiker zal zijn aansprakelijkheid inzake brand, gebruikersrisico’s en verhaal van derden en eigenaar voldoende laten verzekeren zowel wat inboedel als kantoorruimtes betreft.

 

Volgende waarborgen dienen verzekerd: waarborg voor lichamelijke schade 2.500.000,00 euro en voor materiële schade 250.000,00 euro per ongeval.

 

Een kopie van de afgesloten polis dient samen met de onderhavige overeenkomst aan de dienst gebouwen overgemaakt te worden.

 

OCMW-Mol zal zijn brandverzekering uitbreiden met een clausule “afstand van verhaal” t.o.v. de gebruiker.

 

Artikel 8:

 

Alle werken, verfraaiingen, verbeteringen of veranderingen aan het gebruikte goed zullen enkel mogen uitgevoerd worden met het schriftelijk akkoord van OCMW-Mol.  Behoudens andersluidende overeenkomst, die opgenomen moet worden in de schriftelijke toelating, zullen zij, zonder vergoeding ten bate van de OCMW-Mol verworven blijven.  Dit zal altijd het geval zijn voor werken, verfraaiingen, verbeteringen of veranderingen aan het gebruikte goed welke zonder schriftelijke toestemming van OCMW-Mol uitgevoerd werden.

 

OCMW-Mol maakt een plaatsbeschrijving op alvorens de ingebruikname van de infrastructuur zoals beschreven in artikel 1.

 

Artikel 9:

 

Dit addendum vangt aan op 1 januari 2020.  De gebruiksovereenkomst kan beëindigd worden mits een vooropzeg van drie maanden voor de gebruiker en zes maanden voor OCMW-Mol.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 14/09/2021
Overzicht punten

Zitting van 13 september 2021

 

OPVOLGINGSRAPPORTERING - 2021 - KENNISNAME

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

De decreetgever versterkt de inhoudelijke rapportering naar de Raad. Deze bevat een overzicht van de realisatie van de prioritaire doelstellingen, een update van de financiële risico's en de grondslagen en assumpties waarop de het meerjarenplan is gebouwd. De aanrekeningen die in de rapporteren worden getoond, betreffen in regel de boekingen tot en met eind juni 2021, tenzij anders aangegeven. Deze realisaties worden telkens vergeleken met de laatst goedgekeurde planningscijfers.

 

Juridische gronden

Artikel 263 van het decreet lokaal bestuur bepaalt dat er minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering over het eerste semester van het boekjaar wordt voorgelegd.

 

Bijlagen

1) Opvolgingsrapportering 2021

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

De opvolgingsrapportering geeft de raadsleden een stand van zaken van de uitvoering van de prioritaire acties en laat ze toe om de evolutie van de uitgaven en de ontvangsten van het lopende jaar op te volgen en die te vergelijken met het goedgekeurde budget.

De regelgeving legt één minimale rapportering per jaar op: minstens voor het einde van september moet de opvolgingsrapportering over het eerste semester van het lopende jaar worden voorgelegd.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het gemeentebestuur.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De gemeenteraad neemt kennis van de opvolgingsrapportering 2021, zoals gevoegd in bijlage.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 14/09/2021
Overzicht punten

Zitting van 13 september 2021

 

TWEEDE PENSIOENPIJLER - VALORISATIE TIJDELIJKE WERKLOOSHEID TEN GEVOLGE VAN COVID-19 - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

De aanvullende pensioentoezegging en het verzekeringscontract stellen de periodes van tijdelijke werkloosheid niet gelijk met de activiteit periodes. Bijgevolg zijn de dekkingen in principe niet meer verworven tijdens de periode waarin de arbeidsovereenkomst geschorst is.

In tegenstelling tot dit algemene principe voorziet de wet van 7 mei 2020 in een automatische voortzetting, zonder administratieve formaliteiten, van de aanvullende pensioentoezeggingen en  verzekeringscontracten ten voordele van de werknemers in tijdelijke werkloosheid wegens de covid-19-crisis, op voorwaarde dat de premies zijn doorbetaald alsof de werknemers nog steeds actief waren. De wet herroept dus alle mogelijke bepalingen in het contract die ertoe zouden leiden dat de tijdelijk werklozen niet de volledige dekking behouden die de actieve werknemers genieten.

Artikel 10 van de wet bepaalt dat:

1)      de voortzetting van de pensioenopbouw geen wijziging van de pensioentoezegging inhoudt; dit betekent dat de wettelijke sociale procedures dus niet dienen te worden nageleefd;

2)      het pensioenreglement formeel aangepast moet worden tegen ten laatste 31 december 2021.

Indien het bestuur de periode van tijdelijke werkloosheid ingevolge de covid-19-crisis wenst te verzekeren, dan dient het zelf, samen met het sociaal secretariaat, de nodige premieberekeningen te maken om de trimestriële DmfA-aangiftes (multifunctionele aangifte) in die zin aan te passen. Immers, de logica van de huidige gegevensbestanden maakt dat periodes van tijdelijke werkloosheid niet gelijkgesteld worden met activiteitsperiodes. De premies worden immers berekend op basis van het doorgegeven loon, dat in periode van tijdelijke werkloosheid in de aangifte tot nul herleid is.

Het bestuur werd/wordt geconfronteerd met tijdelijke werkloosheid ingevolge de covid-19-crisis. Het vast bureau van 18 maart 2021 keurde goed dat de periodes van tijdelijke werkloosheid ingevolge van de covid-19-crisis gevaloriseerd worden voor groepsverzekeringspremie van de tweede pensioenpijler, en de nodige correcties hiervoor gebeurden. Het  sociaal secretariaat corrigeerde op onze vraag de DmfA-aangifte.

 

Juridische gronden

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

De wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.

De wet van 7 mei 2020 betreffende dringende maatregelen inzake pensioenen, aanvullende  pensioenen en andere aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid in het kader van de COVID-19-pandemie.

Het kaderreglement tweede pensioenpijler contractanten dat met de representatieve vakorganisaties onderhandeld werd in het Vlaamse onderhandelingscomité C1 van 9 december 2009.

Het besluit van de raad van het maatschappelijk welzijn van 22 december 2010 houdende de invoering van de tweede pensioenpijler voor contractanten en de goedkeuring van het  kaderreglement, en daarop volgende wijzigingen.

Het besluit van het vast bureau van 18 maart 2021 betreffende de valorisatie tijdelijke werkloosheid ten gevolge van Covid-19 voor de groepsverzekeringspremie van de tweede pensioenpijler.

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Het bestuur werd/wordt geconfronteerd met tijdelijke werkloosheid ingevolge de covid-19-crisis. Het vast bureau van 18 maart 2021 keurde goed dat de periodes van tijdelijke werkloosheid ingevolge van de covid-19-crisis gevaloriseerd worden voor groepsverzekeringspremie van de tweede pensioenpijler, en de nodige correcties hiervoor gebeurden. Het  sociaal secretariaat corrigeerde op onze vraag de DmfA-aangifte. Er dient nog een formele aanpassing van het pensioenreglement te gebeuren.

 

Financiële weerslag

De nodige kredieten zijn voorzien in het budget.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt goed dat het pensioenreglement wordt aangepast opdat de afgelopen en toekomstige periodes van tijdelijke werkloosheid ingevolge van de covid-19-crisis worden gevaloriseerd voor groepsverzekeringspremie van de tweede pensioenpijler.

 

Artikel 2

Deze beslissing wordt toegevoegd aan het lokale pensioenreglement en maakt hiervan deel uit.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 14/09/2021
Overzicht punten

Zitting van 13 september 2021

 

NOODOPVANGPLAN KEMPEN - HERBEVESTIGING - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Sinds 2013 is in het arrondissement Turnhout het ‘noodopvangplan Kempen’ uitgerold.  Een samenwerking tussen de 27 OCMW’s van het arrondissement Turnhout, CAW De Kempen en Welzijnszorg Kempen.  Het noodopvangplan Kempen voorziet in noodopvang  tot de volgende werkdag voor personen die zich buiten de kantooruren in een situatie van acute dakloosheid bevinden. 

 

De 27 lokale besturen bevestigden hun medewerking aan het noodopvangplan Kempen met een raadsbeslissingen genomen in 2013 en 2018.

 

De afspraken en de werkwijze van het noodopvangplan Kempen zijn te vinden in de nota ‘noodopvangplan Kempen’.  Zie Bijlage 1.

 

De basisprincipes zien er als volgt uit:

 

- Personen in een acute situatie van dakloosheid uit het arrondissement Turnhout kunnen                              buiten de kantooruren contact opnemen met CAW De Kempen;

- CAW De Kempen heeft het mandaat om deze personen toe te wijzen aan een opvanglocatie                             volgens de principes van de nota ‘noodopvangplan Kempen’;

- CAW De Kempen zal een tijdelijk bevoegd OCMW aanduiden dat de kosten van de                              noodopvang zal vereffenen met de opvanglocatie;

- Het OCMW zal autonoom oordelen om de kosten al dan niet terug te vorderen van de cliënt;

- De opvang duurt tot de volgende werkdag waarna de cliënt zich dient aan te melden bij het                             tijdelijk bevoegd OCMW;

- Het OCMW zal de cliënt verder begeleiden naar duurzame huisvesting.

 

Het noodopvangplan Kempen wordt jaarlijks geëvalueerd.  Dit gebeurde dit jaar door een bevraging bij de OCMW’s uit het arrondissement Turnhout en een bespreking op het platform precair wonen Kempen.  De kerncijfers van het noodopvangplan Kempen zijn te vinden in bijlage 2.

 

Tijdens deze evaluatie werd de meerwaarde van het noodopvangplan Kempen bevestigd door alle partners. 

 

Nieuw is dat voorgesteld wordt het noodopvangplan Kempen uit te breiden met een coulanceregeling voor de opvang van geschorste cliënten bij extreme weersomstandigheden.  Bij extreme weersomstandigheden zoals een hittegolf, vriesweer, dagenlang aanhoudend regenweer, ernstige stormen,… kunnen cliënten die tijdelijk geen beroep kunnen doen op het noodopvangplan Kempen toch nog éénmalig opvang krijgen tot de volgende werkdag, dit om de OCMW’s te versterken in hun kernopdracht namelijk iedereen toe te laten een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid.  CAW De Kempen zal in deze uitzonderlijke omstandigheden zelf contact opnemen met het OCMW om het verdere traject af te stemmen. 

 

Deze vraag tot uitbreiding bij extreme weersomstandigheden werd onderschreven tijdens de besprekingen op de Raad van Bestuur van Welzijnszorg Kempen dd. 25/11/2020 en het overleg van de diensthoofden sociale dienst dd.  3/12/2020.

 

Juridische gronden

Artikel 23 van de Grondwet waarin zowel het recht op een behoorlijke huisvesting als het recht op maatschappelijke ontplooiing erkend worden;

De OCMW- wet van 8 juli 1976 die de toekenning van aangepaste maatschappelijke dienstverlening aan de persoon die dakloos is of dreigt te worden regelt.  De steun die hem moet worden toegekend, overeenkomstig artikel 1 van diezelfde wet, moet worden aangepast aan zijn staat van behoefte, om hem toe te laten een menswaardig leven te leiden;

Artikel 60 §1 tot en met 7 van de OCMW- wet van 8 juli 1976 die uitvoering geeft aan de algemene taken voorbehouden aan het OCMW om te vermijden dat een persoon dakloos wordt of blijft;

Het samenwerkingsakkoord inzake dak- en thuisloosheid van 12 mei 2014  tussen de federale, gewestelijke en gemeenschapsoverheden, waarin onderstreept wordt dat de  OCMW’s in eerste plaats bevoegd zijn voor de opvang van daklozen ;

Goedkeuring van de Raad van Bestuur van Welzijnszorg Kempen dd. 12 mei 2021 betreffende de herwerkte nota van het noodopvangplan Kempen.

Artikelen 77 en 78 van Decreet Lokaal bestuur betreft de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

Inspraak en advies

Deze vraag tot uitbreiding bij extreme weersomstandigheden werd onderschreven tijdens de besprekingen op de Raad van Bestuur van Welzijnszorg Kempen dd. 25/11/2020 en het overleg van de diensthoofden sociale dienst dd. 3/12/2020.

 

Het Vast Bureau van 29/07/2021 gaat principieel akkoord met de principes en de werkwijze van de noodopvang Kempen zoals opgenomen in de nota 'Noodopvangplan Kempen' en legt de herbevestiging van de noodopvang ter bespreking voor aan de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

Bijlagen

1)      Nota Noodopvangplan Kempen

2)      Kerncijfers Noodopvangplan Kempen

3)      Presentatie Noodopvangplan Kempen

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

De werking van het noodopvangplan Kempen wordt positief geëvalueerd. De werking is duidelijk en gekend bij elke hulpverlener. Ook het basisprincipe van waaruit vertrokken wordt is correct. Enige aanpassing betreft extreme weersomstandigheden is begrijpelijk en verdedigbaar.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële gevolgen voor het gemeentebestuur.

 

 

BESLUIT

 

Enige Artikel

De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord met de herbevestiging van het Noodopvangplan Kempen.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 14/09/2021