ZITTING VAN MAANDAG 22 FEBRUARI 2021

 

Aanwezig:

voorzitter

Peter Van Rompaey

voorzitter vast bureau

Wim Caeyers

raadsleden

Servais Verherstraeten, Luc Van Craenendonck, Hans Schoofs, Koen Van Gompel, Paul Vanhoof, Jos Lodewijckx, Tomas Sergooris, Lotte Vreys, Jan Vangheel, Zehra Ünlü, Ria Melis, Davy Geboers, Hanne Paepen, Anneleen Dom, Els Ceulemans, Maarten Van Camp, Chris Xhenseval, Lander Geyzen, Masha Celen, Bas Van Olmen, Sofie Molenberghs, Koen Boeckx, Nele Van Roey

leden vast bureau

Andreas Verbeke, Lieve Heurckmans, Hilde Valgaeren, Hans De Groof, Maria Belmans, Frederik Loy, Wendy Soeffers

wnd. algemeen directeur

Joke Lievens

Verontschuldigd:

raadslid

Solange Abbeloos

algemeen directeur

Stefan Hendrix

 

 

Overzicht punten

Zitting van 22 februari 2021

 

NOTULEN RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN - 18 JANUARI 2021 - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

De raad voor maatschappelijk welzijn vergaderde in zitting van 18 januari 2021.

 

De notulen van deze raad werden in Meeting.mobile gekoppeld als bijlage aan dit agendapunt.

 

Juridische gronden

Artikel 34 § 1 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn - goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn van 11 maart 2019 - bepaalt dat de notulen van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn worden opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur.

 

Behalve in spoedeisende gevallen, worden de notulen van de vorige vergadering ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn. Het huishoudelijk reglement bepaalt de wijze waarop de notulen ter beschikking worden gesteld.

 

Artikel 33 § 1 van het huishoudelijk reglement bepaalt dat de notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn alle besproken onderwerpen vermelden in chronologische volgorde, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de raad voor maatschappelijk welzijn geen beslissing heeft genomen.

 

Bijlagen

1)      Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 18 januari 2021

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Het is verplicht dat de notulen van de vorige raad voor maatschappelijk welzijn worden goedgekeurd op de eerstvolgende zitting.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het gemeentebestuur.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn van 18 januari 2021 worden goedgekeurd.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 25/02/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 februari 2021

 

BIJZONDER COMITÉ VOOR DE SOCIALE DIENST - VERLENGING VERHINDERING MIREILLE VAN DIJK EN MANDAAT RAADSLID INGEWALD ANTONSSON - KENNISNAME

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

In zitting van 7 september 2020 nam de raad voor maatschappelijk welzijn akte van de verhindering van mevrouw Mireille Van Dijk als lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst en werden de geloofsbrieven van haar tijdelijke opvolger, de heer Ingewald Antonsson, goedgekeurd.

In zitting van 12 oktober 2020 werd de tijdelijke verhindering en vervanging verlengd tot en met 31 oktober 2020.

In zitting van 9 november 2020 werd de tijdelijke verhindering en vervanging bijkomend verlengd tot en met 1 december 2020.

In zitting van 14 december 2020 werd de tijdelijke verhindering en vervanging bijkomend verlengd tot en met 31 december 2020.

In zitting van 18 januari 2021 werd de tijdelijke verhindering en vervanging bijkomend verlengd tot en met 31 januari 2021.

De periode van verhindering van Mireille Van Dijk dient opnieuw verlengd te worden, thans tot en met 31 maart 2021.

 

Juridische gronden

Artikel 95 van het decreet lokaal bestuur.

Artikel 102 juncto artikel 12, 2° van het decreet lokaal bestuur.

 

Bijlage

1) ziekteattest Mireille Van Dijk

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Het mandaat van de heer Ingewald Antonsson als lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst kan verder verlengd worden voor de bijkomende periode van verhindering van mevrouw Mireille Van Dijk tot en met 31 maart 2021.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het gemeentebestuur.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de verlenging van de periode van verhindering van mevrouw Mireille Van Dijk tot en met 31 maart 2021 en van de verlenging van het mandaat van de heer Ingewald Antonsson in zijn ambt als lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst, aangesteld voor de vervanging van Mireille Van Dijk tijdens de periode dat zij verhinderd is en niet aanwezig kan zijn op de vergaderingen van het bijzonder comité voor de sociale dienst.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 25/02/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 februari 2021

 

2021KB10 AANSTELLING INTERIMKANTOOR VOOR JOBSTUDENTEN - LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

De raad voor maatschappelijk welzijn heeft in zitting van 14 december 2020 het budget van 2021 vastgesteld.

 

Juridische gronden

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

 

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

 

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

 

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

 

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36 en artikel 57, en meer bepaald  artikels 2, 36° en 48 die een gezamenlijke realisatie van de opdracht in naam en voor rekening van meerdere aanbesteders toelaat.

 

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

 

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

 

Inspraak en advies

Advies dienst aankoop en aanbestedingen: gunstig.

 

Bijlagen

1)      Bestek interimkantoor

2)      Bijlage B Kader uitzendarbeid

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

In het kader van de opdracht “Aanstelling interimkantoor voor jobstudenten” werd een bestek met nr. 2021KB10 opgesteld door de dienst personeel.

 

Deze opdracht is als volgt opgedeeld:

* Basisopdracht (Aanstelling interimkantoor voor jobstudenten 2021), raming: € 115.000,00 excl. btw of € 139.150,00 incl. 21 % btw;

* Verlenging 1 (Aanstelling interimkantoor voor jobstudenten 2022), raming: € 115.000,00 excl. btw of € 139.150,00 incl. 21 % btw;

* Verlenging 2 (Aanstelling interimkantoor voor jobstudenten 2023), raming: € 115.000,00 excl. btw of € 139.150,00 incl. 21 % btw;

* Verlenging 3 (Aanstelling interimkantoor voor jobstudenten 2024), raming: € 115.000,00 excl. btw of € 139.150,00 incl. 21 % btw.

 

De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 460.000,00 excl. btw of € 556.600,00 incl. 21 % btw, waarvan de helft ten laste van de gemeente en de helft ten laste van het OCMW.

 

De opdracht zal worden afgesloten voor een duur van 12 maanden en kan driemaal met een jaar verlengd worden.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.

 

Deze raming overschrijdt de limieten van de Europese bekendmaking.

 

Het betreft een gezamenlijke opdracht waarbij het aangewezen is dat Gemeente Mol de procedure zal voeren en in naam van OCMW Mol bij de gunning van de opdracht zal optreden.

 

Financiële weerslag

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2021, op budgetcode 61700000/011200 (actie 8/2/4) van de exploitatie en in het budget van de volgende jaren.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

Het bestek met nr. 2021KB10 en de raming voor de opdracht “Aanstelling interimkantoor voor jobstudenten”, opgesteld door de dienst personeel worden goedgekeurd. De raming bedraagt € 460.000,00 excl. btw of € 556.600,00 incl. 21 % btw, waarvan de helft ten laste van de gemeente en de helft ten laste van het OCMW.

 

Artikel 2

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.

 

Artikel 3

Gemeente Mol wordt gemandateerd om de procedure te voeren en in naam van OCMW Mol bij de gunning van de opdracht op te treden.

 

Artikel 4

De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal en Europees niveau.

 

Artikel 5

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2021, op budgetcode 61700000/011200 (actie 8/2/4) van de exploitatie en in het budget van de volgende jaren.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 25/02/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 februari 2021

 

2021NR11 DUURZAME GEBOUWEN - KADEROVEREENKOMST - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

De gemeenteraad heeft in zitting van 14 december 2020 het budget van 2021 vastgesteld.

 

Gezamenlijk aankopen kan leiden tot aanzienlijke besparingen en administratieve vereenvoudiging.

 

Juridische gronden

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

 

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

 

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

 

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

 

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

 

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 139.000,00 niet), en meer bepaald  artikels 2, 36° en 48 die een gezamenlijke realisatie van de opdracht in naam en voor rekening van meerdere aanbesteders toelaat.

 

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

 

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.

 

Inspraak en advies

Advies dienst ruimtelijk beleid – sectie patrimonium: gunstig

 

Bijlage

1) Kaderovereenkomst

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Aan alle lokale besturen werd een nieuwe kaderovereenkomst bezorgd. De kaderovereenkomsten van voor 1-1-2020 zijn immers niet meer geldig gezien de fusie van Infrax en Eandis tot Fluvius.

De kaderovereenkomst vormt het juridisch kader om gebruik te kunnen maken van voornamelijk de betalende diensten van Duurzame Gebouwen maar ze is ook nodig voor het gebruik van E-lyse (in het kader van GDPR) wat in Mol frequent gebruikt wordt.

 

Er wordt een kaderovereenkomst voorgesteld tussen OCMW Mol en Iveka, Koningin Elisabethlei 38, 2300 Turnhout met ondernemingsnummer 0222.030.426, de Distributienetwerkbeheerder (DNB). De DNB treedt op via Fluvius System Operator CV, Brusselsesteenweg 199, 9090 Melle.

 

Ook voor Gemeente Mol wordt een kaderovereenkomst voorgesteld op de Gemeenteraad van 22 februari 2021.

 

De uitvoeringscontracten/projectcontracten die voor een specifiek project worden opgemaakt, verwijzen steeds naar deze kaderovereenkomst.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het gemeentebestuur.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

De kaderovereenkomst tussen OCMW Mol en Iveka via Fluvius wordt principieel goedgekeurd.

 

Artikel 2

De kaderovereenkomst treedt in werking op datum van de ondertekening en dit voor onbepaalde duur.

 

Artikel 3

Per initiatief (samenaankoop, raamovereenkomst) zal Gemeente Mol gemandateerd worden om de procedure te voeren in naam van Gemeente Mol en  OCMW Mol.

 

Artikel 4

De kaderovereenkomst tussen OCMW Mol en Iveka via Fluvius als bijlage maakt integraal deel uit van dit besluit.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 25/02/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 februari 2021

 

ARBEIDSREGLEMENT - TOEVOEGING BIJLAGE THUISWERKPOLICY EN BIJLAGE ELEKTRONISCHE LOONDOCUMENTEN - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Het arbeidsreglement regelt, naast de individuele arbeidsovereenkomst en/of de rechtspositieregeling, de algemene arbeidsvoorwaarden en geeft aan de werknemers informatie over de werking en de organisatie van het werk binnen de onderneming of binnen de instelling die hen tewerkstelt.

 

Juridische gronden

De wet van 8 april 1965 tot instellingen van de arbeidsreglementen verplicht de werkgever een arbeidsreglement op te stellen.

Artikelen 16, 24 en 25 van de wet van 3 juni 2007 houdende diverse arbeidsbepalingen:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurde in zitting van 23 december 2019 het arbeidsreglement en bijlagen goed. De laatste wijziging van het arbeidsreglement werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn van 18 januari 2021.

 

Inspraak en advies

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties leverde voor beide bijlagen aan het arbeidsreglement een protocol van akkoord af op 3 februari 2021.

 

Bijlagen

1)      Bijlage 9 - Elektronische loondocumenten

2)      Bijlage 10 - Thuiswerkpolicy Gemeente/OCMW Mol

3)      Protocolakkoord van de representatieve vakorganisaties van 3 februari 2021.

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Vanaf 1 januari 2021 werkt de afdeling personeel met een nieuwe software voor het personeelsbeheer en de berekening van lonen. Daarnaast wil de afdeling personeel ook HRM-processen (zoals organogram, VTO (vorming, training en ontwikkeling), feedback, evaluatie) gaan beheren via de nieuwe software. De software zal worden uitgebouwd met een platform voor de medewerker en de leidinggevende. De afdeling personeel wil op korte termijn overschakelen naar elektronische loonbrieven/loondocumenten. De papieren loonbrief bestaat momenteel uit een loonbrief opgesplitst per maand. Het personeelslid ontvangt dus vaak meerdere enveloppen met loonbrief. Dit zorgt voor een grote papierhoop. Voor de omschakeling naar elektronische loondocumenten wordt een bijlage 9 - Elektronische loondocumenten bij het arbeidsreglement toegevoegd.

 

Voor de coronapandemie stonden veel organisaties argwanend tegenover thuiswerk. Door de lockdown moesten ze hun personeel wel van thuis uit laten werken. En dat blijkt zo zijn voor- en nadelen te hebben. Het komt er nu op aan om daarin het juiste evenwicht te vinden. Thuiswerken maakt deel uit van het nieuwe werken en gaat uit van meer autonomie en flexibiliteit voor medewerkers bij het uitoefenen van hun job. Deze vorm van werken is een manier om werken effectiever, efficiënter, maar ook plezieriger te maken voor zowel de organisatie als de medewerker. Met de thuiswerkpolicy wil de organisatie een kader creëren waarbinnen medewerkers op vrijwillige basis een deel van hun arbeidsprestaties van thuis uit kunnen verrichten.

De beslissing om van thuis uit te kunnen werken, hangt af van de goedkeuring van de leidinggevende die mede gebaseerd is op:

       Functieomschrijving;

       Takenpakket;

       Continuïteit dienstverlening.

De aard van thuiswerk kan structureel of occasioneel zijn.

De thuiswerkpolicy wordt toegevoegd als bijlage 10 aan het arbeidsreglement.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het bestuur.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de toevoeging van bijlage 9 - Elektronische loondocumenten, zoals toegevoegd als bijlage aan dit besluit, aan het arbeidsreglement goed met ingang van 1 maart 2021.

 

Artikel 2

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de toevoeging van bijlage 10 - Thuiswerkpolicy Gemeente/OCMW Mol, zoals toegevoegd als bijlage aan dit besluit, aan het arbeidsreglement goed met ingang van 1 september 2021.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 25/02/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 februari 2021

 

ARBEIDSREGLEMENT WOONZORGCENTRUM - TOEVOEGING BIJLAGE THUISWERKPOLICY EN BIJLAGE ELEKTRONISCHE LOONDOCUMENTEN - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Het arbeidsreglement regelt, naast de individuele arbeidsovereenkomst en/of de rechtspositieregeling, de algemene arbeidsvoorwaarden en geeft aan de werknemers informatie over de werking en de organisatie van het werk binnen de onderneming of binnen de instelling die hen tewerkstelt.

 

Juridische gronden

De wet van 8 april 1965 tot instellingen van de arbeidsreglementen verplicht de werkgever een arbeidsreglement op te stellen.

Artikelen 16, 24 en 25 van de wet van 3 juni 2007 houdende diverse arbeidsbepalingen:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurde in zitting van 23 december 2019 het arbeidsreglement woonzorgcentrum en bijlagen goed.

 

Inspraak en advies

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties leverde voor beide bijlagen aan het arbeidsreglement woonzorgcentrum een protocol van akkoord af op 3 februari 2021.

 

Bijlagen

1)      Bijlage 8 - Elektronische loondocumenten

2)      Bijlage 9 - Thuiswerkpolicy Gemeente/OCMW Mol

3)      Protocolakkoord van de representatieve vakorganisaties van 3 februari 2021.

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Vanaf 1 januari 2021 werkt de afdeling personeel met een nieuwe software voor het personeelsbeheer en de berekening van lonen. Daarnaast wil de afdeling personeel ook HRM-processen (zoals organogram, VTO (vorming, training en ontwikkeling), feedback, evaluatie) gaan beheren via de nieuwe software. De software zal worden uitgebouwd met een platform voor de medewerker en de leidinggevende. De afdeling personeel wil op korte termijn overschakelen naar elektronische loonbrieven/loondocumenten. De papieren loonbrief bestaat momenteel uit een loonbrief opgesplitst per maand. Het personeelslid ontvangt dus vaak meerdere enveloppen met loonbrief. Dit zorgt voor een grote papierhoop. Voor de omschakeling naar elektronische loondocumenten wordt een bijlage 8 - Elektronische loondocumenten bij het arbeidsreglement woonzorgcentrum toegevoegd.

 

Voor de coronapandemie stonden veel organisaties argwanend tegenover thuiswerk. Door de lockdown moesten ze hun personeel wel van thuis uit laten werken. En dat blijkt zo zijn voor- en nadelen te hebben. Het komt er nu op aan om daarin het juiste evenwicht te vinden. Thuiswerken maakt deel uit van het nieuwe werken en gaat uit van meer autonomie en flexibiliteit voor medewerkers bij het uitoefenen van hun job. Deze vorm van werken is een manier om werken effectiever, efficiënter, maar ook plezieriger te maken voor zowel de organisatie als de medewerker. Met de thuiswerkpolicy wil de organisatie een kader creëren waarbinnen medewerkers op vrijwillige basis een deel van hun arbeidsprestaties van thuis uit kunnen verrichten.

De beslissing om van thuis uit te kunnen werken, hangt af van de goedkeuring van de leidinggevende die mede gebaseerd is op:

       Functieomschrijving;

       Takenpakket;

       Continuïteit dienstverlening.

De aard van thuiswerk kan structureel of occasioneel zijn.

De thuiswerkpolicy wordt toegevoegd als bijlage 9 aan het arbeidsreglement woonzorgcentrum.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het bestuur.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de toevoeging van bijlage 9 - Elektronische loondocumenten, zoals toegevoegd als bijlage aan dit besluit, aan het arbeidsreglement woonzorgcentrum goed met ingang van 1 maart 2021.

 

Artikel 2

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de toevoeging van bijlage 10 - Thuiswerkpolicy Gemeente/OCMW Mol, zoals toegevoegd als bijlage aan dit besluit, aan het arbeidsreglement woonzorgcentrum goed met ingang van 1 september 2021.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 25/02/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 februari 2021

 

RECHTSPOSITIEREGELING SPECIFIEK PERSONEEL OCMW - AANPASSING GEBOORTEVERLOF - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

In hoofdstuk XI Omstandigheidsverlof, artikel 292 van de rechtspositieregeling specifiek personeel OCMW wordt bepaald dat een personeelslid ter gelegenheid van de geboorte van een kind dat wettelijk afstamt van de werknemer (eerste graad) maximum 10 werkdagen omstandigheidsverlof krijgt. Als het kind alleen een afstammingsband heeft met de moeder en wanneer het personeelslid getrouwd is, wettelijk samenwonend is of al drie jaar samenwoont met de moeder, dan heeft het personeelslid als meeouder ook recht op dit verlof.

 

Juridische gronden

Besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

De rechtspositieregeling specifiek personeel OCMW werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 29 juni 2016. De laatste wijziging aan deze rechtspositieregeling werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 18 januari 2021.

 

Inspraak en advies

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties leverde een protocol van akkoord af op 3 februari 2021.

 

Bijlage

1)      Protocolakkoord van de representatieve vakorganisaties van 3 februari 2021

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Vanaf 1 januari 2021 werd het recht opgetrokken tot 15 dagen voor de geboortes vanaf die datum en vanaf 1 januari 2023 worden er nog eens 5 bijkomende dagen toegekend.  Het geboorteverlof zal dus 20 dagen bedragen voor geboortes die vanaf 1 januari 2023 plaatsvinden.

De termijn van vier maanden te rekenen vanaf de dag van de bevalling blijft behouden.

Artikel 294 mag ook behouden blijven: het omstandigheidsverlof wordt gelijkgesteld met dienstactiviteit en is in alle gevallen bezoldigd met uitzondering van een deel van het vaderschapsverlof voor contractuele personeelsleden.  Voor deze personeelsleden worden de eerste drie werkdagen betaald door het bestuur.  De andere dagen worden betaald door de ziekteverzekering zoals bepaald in artikel 30, §2 van de wet van 3 juli 1978 op de arbeidsovereenkomsten.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het bestuur.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt volgende aanpassing van punt 2 van het overzicht omstandigheidsverlof van artikel 292 van de rechtspositieregeling specifiek personeel OCMW goed:

De overige bepalingen van artikel 292 blijven behouden.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 25/02/2021
Overzicht punten

Zitting van 22 februari 2021

 

RECHTSPOSITIEREGELING WOONZORGCENTRUM - AANPASSING GEBOORTEVERLOF - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

In hoofdstuk XI Omstandigheidsverlof, artikel 292 van de rechtspositieregeling woonzorgcentrum wordt bepaald dat een personeelslid ter gelegenheid van de geboorte van een kind dat wettelijk afstamt van de werknemer (eerste graad) maximum 10 werkdagen omstandigheidsverlof krijgt. Als het kind alleen een afstammingsband heeft met de moeder en wanneer het personeelslid getrouwd is, wettelijk samenwonend is of al drie jaar samenwoont met de moeder, dan heeft het personeelslid als meeouder ook recht op dit verlof.

 

Juridische gronden

Besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

De rechtspositieregeling woonzorgcentrum werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 29 juni 2016. De laatste wijziging aan deze rechtspositieregeling werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 18 januari 2021.

 

Inspraak en advies

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties leverde een protocol van akkoord af op 3 februari 2021.

 

Bijlage

1)      Protocolakkoord van de representatieve vakorganisaties van 3 februari 2021

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Vanaf 1 januari 2021 werd het recht opgetrokken tot 15 dagen voor de geboortes vanaf die datum en vanaf 1 januari 2023 worden er nog eens 5 bijkomende dagen toegekend.  Het geboorteverlof zal dus 20 dagen bedragen voor geboortes die vanaf 1 januari 2023 plaatsvinden.

De termijn van vier maanden te rekenen vanaf de dag van de bevalling blijft behouden.

Artikel 294 mag ook behouden blijven: het omstandigheidsverlof wordt gelijkgesteld met dienstactiviteit en is in alle gevallen bezoldigd met uitzondering van een deel van het vaderschapsverlof voor contractuele personeelsleden.  Voor deze personeelsleden worden de eerste drie werkdagen betaald door het bestuur.  De andere dagen worden betaald door de ziekteverzekering zoals bepaald in artikel 30, §2 van de wet van 3 juli 1978 op de arbeidsovereenkomsten.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het bestuur.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt volgende aanpassing van punt 2 van het overzicht omstandigheidsverlof van artikel 292 van de rechtspositieregeling woonzorgcentrum goed:

De overige bepalingen van artikel 292 blijven behouden.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 25/02/2021