ZITTING VAN MAANDAG 25 APRIL 2022

 

Aanwezig:

voorzitter

Peter Van Rompaey

voorzitter vast bureau

Wim Caeyers

raadsleden

Servais Verherstraeten, Hans Schoofs, Koen Van Gompel, Paul Vanhoof, Jos Lodewijckx, Maria Belmans, Tomas Sergooris, Jan Vangheel, Zehra Ünlü, Solange Abbeloos, Ria Melis, Davy Geboers, Hanne Paepen, Anneleen Dom, Els Ceulemans, Maarten Van Camp, Chris Xhenseval, Lander Geyzen, Masha Celen, Koen Boeckx, Nele Van Roey, Cindy Dexters

leden vast bureau

Andreas Verbeke, Lieve Heurckmans, Hilde Valgaeren, Hans De Groof, Frederik Loy, Lotte Vreys, Wendy Soeffers

algemeen directeur

Stefan Hendrix

Verontschuldigd:

raadsleden

Luc Van Craenendonck, Sofie Molenberghs

 

 

Overzicht punten

Zitting van 25 april 2022

 

NOTULEN RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN - 21 MAART 2022 - GOEDKEURING

Met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

De raad voor maatschappelijk welzijn vergaderde in zitting van 21 maart 2022.

 

De notulen van deze raad werden in Meeting.mobile gekoppeld als bijlage aan dit agendapunt.

 

Juridische gronden

Artikel 34 § 1 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn - goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn van 11 maart 2019 - bepaalt dat de notulen van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn worden opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur.

 

Behalve in spoedeisende gevallen, worden de notulen van de vorige vergadering ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn. Het huishoudelijk reglement bepaalt de wijze waarop de notulen ter beschikking worden gesteld.

 

Artikel 33 § 1 van het huishoudelijk reglement bepaalt dat de notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn alle besproken onderwerpen vermelden in chronologische volgorde, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de raad voor maatschappelijk welzijn geen beslissing heeft genomen.

 

Bijlagen

  1. Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 21 maart 2022

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Het is verplicht dat de notulen van de vorige raad voor maatschappelijk welzijn worden goedgekeurd op de eerstvolgende zitting.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het gemeentebestuur.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 maart 2022 worden goedgekeurd.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 31/05/2022
Overzicht punten

Zitting van 25 april 2022

 

RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN - AANPASSING HUISHOUDELIJK REGLEMENT - GOEDKEURING

Met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

In zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn van 11-03-2019 werd het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn goedgekeurd. 

Dit huishoudelijk reglement dient aangepast te worden:

- er dient een mogelijkheid voorzien te worden om digitaal te vergaderen;

- er dient een wijziging te gebeuren bij de handtekeningsbevoegdheid van ambtenaren;

 

Juridische gronden

Artikelen 38, 77 en 78 van het decreet lokaal bestuur.

Artikel 31 van het decreet lokale democratie.

Het besluit van de Vlaamse regering van 13-09-2021 zoals verschenen in het Belgisch Staatsblad van 21-01-2022.

Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, zoals goedgekeurd in zitting van 11-03-2019.

 

Bijlagen

1) beslissing raad voor maatschappelijk welzijn van 11-03-2019, goedkeuring huishoudelijk reglement

2) besluit van de Vlaamse Regering over de voorwaarden voor digitaal of hybride vergaderen voor de organen van de lokale besturen, zoals gepubliceerd in het B.S. op 21-02-2022

3) actueel huishoudelijk reglement, met voorgestelde aanvullingen/aanpassingen in het geel gemarkeerd

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Het decreet van 16 juli 2021 tot wijziging van diverse decreten, wat betreft de versterking van de lokale democratie wijzigde onder meer het decreet lokaal bestuur door, naast de fysieke vergadervorm, ook de digitale en hybride vergadering voor de lokale bestuursorganen decretaal te verankeren.

Ingeval van een digitale vergadering nemen alle leden van de vergadering deel op digitale wijze.

Ingeval van een hybride vergadering gaat het om een fysieke vergadering waarbij één of meerdere leden op digitale wijze deelnemen.

Wat betreft de raad voor maatschappelijk welzijn blijft de fysieke vergadering het uitgangspunt. De raad voor maatschappelijk welzijn kan slechts digitaal of hybride vergaderen onder de uitzonderlijke omstandigheden die vermeld worden in het huishoudelijk reglement.

Het besluit van de Vlaamse regering zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 21-02-2022 legt de voorwaarden vast voor digitaal of hybride vergaderen voor de organen van de lokale besturen.

Voor het lokaal bestuur Mol is het momenteel praktisch gezien onmogelijk om een hybride vergadervorm op te zetten voor de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn.   De huidige installaties laten dit niet toe.  Digitaal vergaderen is wel mogelijk.

Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn dient dan ook in deze zin aangepast te worden. Er wordt voorgesteld om een extra artikel 47  toe te voegen.

 

Verder wordt voorgesteld om het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn aan te passen wat betreft 'ondertekeningsbevoegdheid ambtenaren'.

- artikel 48 § 3 zou aangepast dienen te worden in de zin dat ook de dossierbeheerder alle stukken anders dan effectieve beslissingen, akten en bekendmakingen kan ondertekenen.    Gelet op de grootte van de organisatie en de procesflow die deze stukken moeten doorlopen om te worden getekend is het wenselijk dat de ondertekening van een aantal van deze stukken gedelegeerd wordt aan de daartoe meest bevoegde personeelsleden binnen ocmw

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het gemeentebestuur.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

Het huishoudelijk reglement, goedgekeurd in zitting van 11-03-2019  wordt opgeheven.

 

Artikel 2

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt een aangepast huishoudelijk reglement aan met volgende inhoud:

 

BIJEENROEPING RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN

 

Art. 1. - § 1. - De raad voor maatschappelijk welzijn vergadert ten minste tienmaal per jaar en zo dikwijls als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren, het vereisen.

 

De data van de vergadering voor de raad voor maatschappelijk welzijn voor het lopende jaar worden door de voorzitter bij de aanvang van het nieuwe kalenderjaar vastgelegd en worden onverwijld meegedeeld aan de raadsleden.  Eventuele wijzigingen worden zo snel mogelijk meegedeeld.

 

§ 2. - De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn roept de raad voor maatschappelijk welzijn bijeen en stelt de agenda op.  De oproeping gebeurt digitaal, via de webtoepassing.  Ter informatie wordt aan de raadsleden een e-mail, gericht aan het gemeentemol.be e-mailadres van het raadslid, verstuurd met de link naar deze webtoepassing.

 

Voor raadsleden van de raad voor maatschappelijk welzijn die de algemeen directeur hier om verzoeken, wordt de oproeping per post toegezonden. 

 

Indien het raadslid van de raad voor maatschappelijk welzijn de oproeping niet zou ontvangen hebben op de dag dat hij deze normaal ontvangen zou moeten hebben, neemt het raadslid contact op met de algemeen directeur om alsnog een exemplaar van de oproeping te bekomen.

 

De dossiers die betrekking hebben op de agenda worden tevens ter beschikking gesteld aan de leden via de webtoepassing.

 

§ 3. - De voorzitter moet de raad voor maatschappelijk welzijn bijeenroepen op verzoek van:

1° het vast bureau;

2° een derde van de zittinghebbende leden;

3° een vijfde van de zittinghebbende leden als zes weken na de datum van de vorige raad nog geen bijeenroeping is gebeurd.  De periode van zes weken wordt geschorst van 11 juli tot en met 15 augustus.

 

In hun schriftelijke aanvraag aan de algemeen directeur tot bijeenroeping moeten aanvragers de agenda vermelden, vergezeld van een verklarende nota, en de datum en het uur van de beoogde vergadering. De algemeen directeur bezorgt vervolgens de voorstellen aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn.  Deze aanvraag moet ingediend worden, zodanig dat de voorzitter de oproepingstermijnen bepaald in art. 2 van dit reglement kan nakomen.

 

De voorzitter roept op verzoek de vergadering bijeen op de voorgestelde datum en uur en met de voorgestelde agenda.

 

Art. 2. - § 1. - De oproeping wordt tenminste acht dagen vóór de dag van de vergadering aan de raadsleden bezorgd.

Vermits de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn gewoonlijk op maandagen plaatsvinden en de dag van de verzending van de oproeping niet in de termijn is inbegrepen, moet de oproeping vóór de maandag voorafgaand aan de geplande vergadering verzonden worden.  M.a.w. moet de oproeping de vrijdag voordien bezorgd worden.

Wanneer de raadsvoorzitter hiertoe beslist kunnen begeleidende documenten bij een agendapunt om praktische redenen enkel aan de fractievoorzitters overhandigd worden.

In spoedeisende gevallen kan gemotiveerd van deze oproepingsperiode worden afgeweken.

 

§ 2. - De oproeping vermeldt de plaats, datum en tijdstip van de zitting en de agenda van de openbare en van de besloten vergadering.  De agendapunten dienen voldoende duidelijk omschreven te zijn.  Bij elk punt van de agenda wordt een beknopte toelichting gegeven en/of wordt een ontwerp van besluit toegevoegd.  

 

Art. 3. - § 1. - Leden van de raad voor maatschappelijk welzijn kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda toevoegen. Hiertoe bezorgen ze hun voorstel van beslissing, vergezeld van een toelichtende nota, bij voorkeur per e-mail aan de algemeen directeur (secretariaat@gemeentemol.be), die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

Een lid van het vast bureau kan van deze mogelijkheid geen gebruik maken.

 

Vermits de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn gewoonlijk op maandagen plaatsvinden en de dag van de overhandiging van de punten niet in de termijn is inbegrepen, moeten om praktische redenen de punten ten laatste de woensdag om 10 uur voorafgaand aan de geplande vergadering aan de algemeen directeur worden bezorgd.     

 

§ 2. - De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten, zoals vastgesteld door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn, samen met de bijbehorende voorstellen en de toelichtende nota’s onverwijld mee aan de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

 

OPENBAARHEID VAN DE VERGADERING

 

Art. 4. - § 1. - De vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn zijn in principe openbaar.

Anderzijds impliceert de openbaarheid niet noodzakelijk dat beeld- en/of geluidsopnames mogen worden gemaakt.  Het blijft voor journalisten mogelijk om de vergaderingen bij te wonen en in de pers verslag uit te brengen.  De toestemming tot het nemen van foto’s of beeldopnames houdt bovendien niet onmiddellijk de toestemming in tot het publiceren of verspreiden ervan.  Die staan los van elkaar en moeten apart verkregen worden.  Bij filmen of fotograferen moet er een onderscheid gemaakt worden tussen de mandatarissen en de overige aanwezigen, aangezien van hen niet vermoed wordt dat ze hun toestemming tot afbeelding gegeven hebben.  Op basis hiervan mogen tijdens de vergadering van de gemeenteraad geen beeld- en/of geluidsopnames worden gemaakt door derden tenzij met expliciete toestemming van de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

§ 2. - De vergaderingen over de beleidsrapporten zijn in elk geval openbaar.  Ingeval de raad voor maatschappelijk welzijn bevoegd is om een tuchtstraf op te leggen, wordt de hoorzitting - indien de betrokkene hierom verzoekt - in het openbaar gehouden.

 

Art. 5. - De vergadering is niet openbaar:

1° Als het om aangelegenheden gaat die de persoonlijke levenssfeer raken. Zodra een dergelijk punt aan de orde is, beveelt de voorzitter de behandeling in besloten vergadering.

2° Wanneer twee derde van de aanwezige leden van de raad voor maatschappelijk welzijn in het belang van de openbare orde of op grond van ernstige bezwaren tegen de openbaarheid beslissen dat de vergadering niet openbaar is. De raad voor maatschappelijk welzijn moet deze beslissing motiveren.

 

Art. 6. - De besloten vergadering kan enkel plaatsvinden na de openbare vergadering, uitgezonderd in tuchtzaken.  Als tijdens de openbare vergadering blijkt dat de behandeling van een punt in besloten vergadering moet worden voortgezet, kan de openbare vergadering, enkel met dit doel, worden onderbroken.

 

Als tijdens de besloten vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn blijkt dat de behandeling van een punt toch in openbare zitting moet gebeuren, dan wordt het punt opgenomen op de eerstvolgende vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn. In geval van dringende noodzakelijkheid van een punt of in geval van de eedaflegging van een personeelslid kan de besloten vergadering enkel, met dat doel, worden onderbroken.

 

 

GEHEIMHOUDING

 

Art. 7. - De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn, alsmede alle andere personen die krachtens de wet of het decreet de besloten vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn bijwonen, zijn tot geheimhouding verplicht.

 

 

INFORMATIE VOOR RAADSLEDEN EN PUBLIEK

 

Art. 8. - § 1. - Plaats, dag en uur van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn en de agenda worden openbaar bekend gemaakt op de website van de gemeente.   Dit gebeurt uiterlijk acht dagen voor de vergadering.

 

§ 2. - Indien raadsleden punten aan de agenda toevoegen, wordt de aangepaste agenda binnen de 24 uur nadat hij is vastgesteld op dezelfde wijze bekendgemaakt.

 

In spoedeisende gevallen wordt de aangepaste agenda binnen de 24 uur nadat hij is vastgesteld, en uiterlijk voor de aanvang van de vergadering, op dezelfde wijze bekendgemaakt.

 

Art. 9. - § 1. - Het OCMW maakt, aan alle natuurlijke personen, rechtspersoon of groeperingen, inclusief perscorrespondenten die erom verzoeken, de agenda van de raad voor maatschappelijk welzijn en de stukken die erop betrekking hebben openbaar door er inzage in te verlenen, er uitleg over te verschaffen of er een afschrift van te overhandigen overeenkomstig de regels in verband met openbaarheid van bestuur.

 

§ 2. - Eenieder die de raadszitting bijwoont, krijgt de agenda van de openbare vergadering overhandigd.

 

§ 3. - De beslissingen van de raad voor maatschappelijk welzijn worden door de voorzitter van het vast bureau bekendgemaakt op de website van de gemeente zoals bepaald in de artikelen 285 tot 287 van het decreet over het lokaal bestuur.

Via de website van de gemeente Mol is de openbare zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn in uitgesteld relais integraal na een week te beluisteren.

 

Art. 10. - § 1. - Voor elk agendapunt worden de dossiers, in het bijzonder de verklarende nota's, de feitelijke gegevens, de eventueel verleende adviezen en de ontwerpen van beslissing betreffende de op de agenda ingeschreven zaken, vanaf de verzending van de oproeping, op het gemeentesecretariaat tijdens de kantooruren ter beschikking gehouden van de raadsleden.  Deze kunnen er vóór de vergadering kennis van nemen.

 

De dossiers die betrekking hebben op de agenda worden tevens ter beschikking gesteld via de webtoepassing.

 

Bij omvangrijke dossiers of praktisch moeilijk digitaliseerbare dossiers die niet elektronisch beschikbaar zijn, kan de algemeen directeur het raadslid verzoeken om ter plaatse inzage te nemen van het dossier.

 

§ 2. - Het ontwerp van het meerjarenplan, aanpassingen van het meerjarenplan en jaarrekening,  wordt op zijn minst veertien dagen vóór de vergadering waarop het wordt besproken aan ieder lid van de raad voor maatschappelijk welzijn bezorgd.  Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijhorende documentatie ter beschikking gesteld.   Deze stukken worden op dezelfde wijze bezorgd aan de raadsleden zoals de oproeping in art. 1, §2 van dit reglement.

 

§ 3. - Aan de raadsleden wordt, op hun verzoek, door de algemeen directeur of de door hem aangewezen personeelsleden technische toelichting verstrekt over de stukken in de dossiers voor de  raad voor maatschappelijk welzijn.  Onder technische toelichting wordt verstaan het verstrekken van inlichtingen ter verduidelijking van de feitelijke gegevens die in de dossiers voorkomen en van het verloop van de procedure, steunend op documenten en feiten.  Het gaat duidelijk niet over het interpreteren van stukken of beleidsopties van de politieke verantwoordelijken, niet over hun persoonlijke visie of appreciatie over dossiers of het verwoorden van persoonlijke standpunten van leden van het college.  Commentaar behoort tot de zwijgplicht. 

Op een schriftelijke vraag van een raadslid aan de algemeen directeur wordt schriftelijk geantwoord tenzij het raadslid een mondelinge toelichting wenst.  De mondelinge toelichting gebeurt tijdens de kantooruren tenzij anders wordt overeengekomen.

 

 

INZAGE VAN DE DOSSIERS

 

Art. 11. - § 1. - De raadsleden hebben het recht van inzage in alle dossiers, stukken en akten, ongeacht de drager, die het bestuur van het OCMW betreffen.

 

§ 2. - Het verslag van het vast bureau wordt uiterlijk op dezelfde dag als de vergadering van het vast bureau volgend op deze waarop het verslag werd goedgekeurd, verstuurd aan de raadsleden van de raad voor maatschappelijk welzijn.  Dit gebeurt via de webtoepassing.

 

§ 3. - Zonder voorafgaande aanvraag kunnen worden ingezien tijdens de dagen en uren dat de diensten geopend zijn:

1° de meerjarenplannen en budgetten van het OCMW van de huidige legislatuur;

2° de rekeningen van de huidige legislatuur van de gemeente;

3° de goedgekeurde notulen van vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn;

4° de goedgekeurde notulen van de bijzondere comités;

5° de deontologische code voor raadsleden van de raad voor maatschappelijk welzijn;

6° het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn;

7° het register van de inkomende en uitgaande stukken.

 

§ 4. - Buiten de documenten en dossiers bedoeld in art. 9 en art. 10, § 2,   hebben de raadsleden het recht alle andere documenten ter plaatse te raadplegen, die betrekking hebben op het bestuur van het OCMW.

Er bestaat geen inzagerecht van het bevolkingsregister, strafregister, register van burgerlijke stand, documenten waarop de wet op de privacy van toepassing is en andere documenten waarvan het inzagerecht wettelijk uitgesloten is.

 

De algemeen directeur of zijn aangestelde zal de dagen en uren bepalen waarop de raadsleden deze andere documenten kunnen raadplegen.

 

Om de algemeen directeur of zijn aangestelde in de mogelijkheid te stellen te onderzoeken of de gevraagde stukken of akten betrekking hebben op het bestuur van het OCMW, delen de raadsleden aan de algemeen directeur schriftelijk mee welke documenten zij wensen te raadplegen.

 

Aan de raadsleden wordt uiterlijk binnen acht werkdagen na de ontvangst van de aanvraag meegedeeld waar en wanneer de stukken kunnen worden ingezien.

 

Het raadslid, dat de in deze paragraaf bedoelde stukken niet is komen raadplegen tijdens de week volgend op het tijdstip waarop hem is meegedeeld dat ze ter inzage liggen, wordt geacht af te zien van inzage.

 

§ 5. - De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn kunnen, met uitzondering van de dossiers die betrekking hebben op de persoonlijke levenssfeer van cliënten van het OCMW of hun onderhoudsplichtigen een afschrift krijgen van de akten en stukken betreffende het bestuur van het OCMW.

 

De raadsleden richten hiertoe een mondeling of schriftelijk verzoek aan de algemeen directeur.  De gemotiveerde beslissing van de algemeen directeur of zijn aangestelde tot weigering van de aflevering van een afschrift moet uiterlijk twintig dagen na ontvangst van de aanvraag aan het betrokken raadslid worden meegedeeld.

 

§ 6. - De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn hebben het recht de instellingen en diensten die het OCMW opricht en beheert, te bezoeken.

 

Om het vast bureau in de mogelijkheid te stellen het bezoekrecht praktisch te organiseren, delen de raadsleden minstens acht werkdagen vooraf schriftelijk mee welke instelling of dienst zij willen bezoeken en op welke dag en op welk uur.

 

Tijdens het bezoek van een inrichting van het OCMW moeten de raadsleden passief optreden.

 

§ 7. - De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en die bestemd is voor de raad voor maatschappelijk welzijn, wordt meegedeeld aan de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

Art. 12. - De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn hebben het recht aan de het vast bureau mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.

 

Op schriftelijke vragen van raadsleden wordt binnen de maand na ontvangst schriftelijk geantwoord.

 

Na afhandeling van de agenda van de openbare vergaderingen van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over aangelegenheden die het OCMW aangaan, en die niet op de agenda van de raad voor maatschappelijk welzijn staan. Deze vraagstelling moet beknopt worden geformuleerd en een onmiddellijk antwoord mogelijk maken Op deze mondelinge vragen wordt ten laatste tijdens de volgende zitting geantwoord.  Om praktische redenen dienen de vragen, zoals de toegevoegde punten bedoeld in artikel 3, §1, ten laatste de woensdag om 10 uur voorafgaand aan de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn waarop de vraag zal worden gesteld aan de algemeen directeur te worden bezorgd.

 

De mondelinge en schriftelijke vragen worden pas behandeld na volledige behandeling van de openbare en besloten agenda van de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

De vragen mogen niet bedoeld zijn om de persoonlijke intenties van de leden van het vast bureau te kennen, noch mogen ze verplichten tot het uitvoeren van kostelijke studies of opzoekingen tot het opmaken van dure statistische gegevensbestanden of het houden van enquêtes.  Aan de leden van het vast bureau wordt aldus een informatie- en verantwoordingsverplichting opgelegd, waardoor de controletaak van de raad voor maatschappelijk welzijn in het algemeen en de functie van het individuele gemeenteraadslid aan belang winnen, zonder echter aan de prerogatieven van de leden van het vast bureau te raken.  Dit betekent dat aan het vragenrecht geen directe politieke sanctie kan worden verbonden.  De vraag en het antwoord maken niet het voorwerp uit van een stemming in de raad voor maatschappelijk welzijn.  

 

 

QUORUM

 

Art. 13. - Bij aanvang van de vergadering tekenen de leden de aanwezigheidslijst. De namen van de leden, die deze lijst tekenden, worden in de notulen vermeld.

 

Art. 14. - § 1. - De raad voor maatschappelijk welzijn kan enkel beraadslagen of beslissen als de meerderheid van de zittinghebbende leden van de raad voor maatschappelijk welzijn aanwezig is. Indien een kwartier na het vastgestelde uur niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, stelt de voorzitter vast dat de vergadering niet kan doorgaan. Er wordt voor deze vergadering geen presentiegeld betaald.

 

§ 2. - De raad kan echter, als hij eenmaal bijeengeroepen is zonder dat het vereiste aantal leden aanwezig is, na een tweede oproeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, op geldige wijze beraadslagen en beslissen over de onderwerpen die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.

 

In de oproeping wordt vermeld dat het om een tweede oproeping gaat.   In de tweede oproeping worden de bepalingen van artikel 26 van het decreet over het lokaal bestuur overgenomen.

 

 

WIJZE VAN VERGADEREN

 

Art. 15. - De voorzitter zit de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn voor, en opent en sluit de vergaderingen.

 

Als de voorzitter tijdelijk afwezig is, of wanneer het hem verboden is om deel te nemen aan de bespreking en de stemming overeenkomstig artikel 27 van het decreet over het lokaal bestuur, wordt hij als volgt vervangen:

 

1° indien de voorzitter zijn bevoegdheid schriftelijk heeft opgedragen aan een lid van de raad voor maatschappelijk welzijn, neemt deze laatste het voorzitterschap waar;

2° indien de voorzitter zijn bevoegdheid niet heeft opgedragen aan een lid van de raad voor maatschappelijk welzijn overeenkomstig de bepaling vermeld in het eerste punt, neemt het lid met de meeste anciënniteit het voorzitterschap waar. Bij gelijke anciënniteit geniet het dat bij de laatste volledige vernieuwing van de raad voor maatschappelijk welzijn het hoogste aantal naamstemmen heeft behaald, de voorkeur. Als het lid met de meeste anciënniteit de voorzitter in die gevallen niet kan vervangen, wordt het voorzitterschap waargenomen door een ander lid in volgorde van anciënniteit. Bij gelijke anciënniteit wordt het mandaat waargenomen door het lid dat bij de verkiezingen de meeste naamstemmen heeft behaald. 

 

In casu geldt de rangorde van de huidige raad voor maatschappelijk welzijn.

 

De voorzitter die als verhinderd wordt beschouwd of tijdelijk afwezig is, wordt vervangen zolang hij verhinderd of tijdelijk afwezig is. De raad voor maatschappelijk welzijn neemt akte van de verhindering, en van de beëindiging van de periode van verhindering. Als het niet gaat om een door het decreet opgelegde verhindering, dan richt de voorzitter zijn verzoek tot vervanging wegens verhindering aan de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

Op de voor de vergadering vastgestelde dag en uur en zodra voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, verklaart de voorzitter de vergadering voor geopend.

 

Art. 16. - § 1. - De voorzitter, of de algemeen directeur op verzoek van de voorzitter, geeft kennis van de tot de raad gerichte verzoeken en doet alle mededelingen of toelichtingen die de raad aanbelangen.

 

De vergadering vat daarna de behandeling aan van de punten die vermeld staan op de agenda, in de daardoor bepaalde volgorde tenzij de raad er anders over beslist.

 

§ 2. - Een punt dat niet op de agenda voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve bij spoedeisendheid.

 

Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.

 

Art. 17. - § 1. - De agendapunten kunnen worden toegelicht. Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter welk lid aan het woord wenst te komen over het voorstel.

 

De voorzitter verleent het woord naar de volgorde van de aanvragen en, ingeval van gelijktijdige aanvraag, naar de rangorde van de raadsleden.

 

§ 2. - Indien de raad deskundigen wenst te horen, bepaalt de voorzitter van de raad wanneer ze aan het woord komen.

 

De voorzitter kan aan de algemeen directeur vragen om toelichtingen te geven.

 

Art. 18. - Het woord kan door de voorzitter niet geweigerd worden voor een rechtzetting van beweerde feiten.

 

Art. 19. - § 1.  In de volgende gevallen en volgorde wordt het woord verleend bij voorrang op de hoofdvraag, waarvan de bespreking wordt geschorst :

1° om te vragen dat men niet zal besluiten;

2° om de verdaging te vragen;

3° om voor te stellen dat een ander dan het in bespreking zijnde probleem bij voorrang zou behandeld worden;

4° om te eisen dat het voorwerp van de beslissing concreet zou omschreven worden;

5° om naar het reglement te verwijzen.

 

§ 2. - De amendementen worden voor de hoofdvraag en de subamendementen voor de amendementen ter stemming gelegd.

 

Art. 20. - Niemand mag onderbroken worden wanneer hij spreekt, behalve voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde.

 

Als een lid van de raad, aan wie het woord werd verleend, afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen. Indien na een eerste verwittiging het lid verder van het onderwerp blijft afdwalen, kan hem het woord door de voorzitter ontnomen worden. Elk lid, dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter, tracht aan het woord te blijven, wordt geacht de orde te verstoren.

 

Dit geldt eveneens voor hen, die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en bekomen, en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter.

 

Elk scheldwoord, elke beledigende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging worden geacht de orde te verstoren.

 

Art. 21. - De voorzitter is belast met de handhaving van de orde in de raadsvergadering. Van de handelingen die hij in dit verband stelt, wordt melding gemaakt in de notulen.

 

Elk raadslid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter tot de orde teruggeroepen. Elk lid dat tot de orde werd teruggeroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt.

 

Art. 22. - De voorzitter kan, na een voorafgaande waarschuwing, elke toehoorder die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of die op enigerlei wijze wanorde veroorzaakt, uit de zaal doen verwijderen.

 

De voorzitter kan bovendien een proces-verbaal opmaken tegen die persoon en dat proces-verbaal bezorgen aan het openbaar ministerie met het oog op de eventuele vervolging van de betrokkene.

 

Art. 23. - Wanneer de vergadering rumoerig wordt, zodat het normale verloop van de bespreking in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter aan dat hij, bij voortduring van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten.

 

Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit hij de vergadering. De leden van de raad moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten.

 

Van deze schorsing of sluiting wordt melding gemaakt in de notulen.

Art. 24. - Nadat de leden voldoende aan het woord zijn geweest en indien hij oordeelt dat het agendapunt voldoende werd besproken, sluit de voorzitter de bespreking.

 

Art. 25. - De vergaderingen van gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn gaan in principe op dezelfde dag door.  De agendapunten worden in principe in deze volgorde behandeld:

1° de agendapunten van de openbare vergadering van de gemeenteraad, met uitzondering van de mondelinge en schriftelijke vragen;

2° de agendapunten van de openbare vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn, met uitzondering van de mondelinge en schriftelijke vragen;

3° mondelinge en schriftelijke vragen gemeenteraad;

4° mondelinge en schriftelijke vragen raad voor maatschappelijk welzijn;

5° de agendapunten van de besloten vergadering van de gemeenteraad;

6° de agendapunten van de besloten vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

Indien de punten van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn aan de orde zijn, wordt de vergadering van de gemeenteraad desgevallend geschorst.

 

 

WIJZE VAN STEMMEN

 

Art. 26. - § 1. - Voor elke stemming omschrijft de voorzitter het voorwerp van de bespreking waarover de vergadering zich moet uitspreken.

 

§ 2. - De beslissingen worden bij volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen.  De volstrekte meerderheid is gelijk aan meer dan de helft van de stemmen, onthoudingen blanco en ongeldige stemmen niet meegerekend.  Ingeval de stemmen staken, is het voorstel verworpen.

 

Art. 27 - § 1. - De raad voor maatschappelijk welzijn stemt over het eigen deel van elk beleidsrapport

 

§ 2 - De raad voor maatschappelijk welzijn stemt telkens over het geheel van het eigen deel van het beleidsrapport. 

 

In afwijking daarvan kan elk lid van de raad voor maatschappelijk welzijn de afzonderlijke stemming eisen over een of meerdere onderdelen die hij aanwijst in het OCMW-deel van het beleidsrapport.  In dat geval mag de raad voor maatschappelijk welzijn pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming.

 

Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van het beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn.  Als de gemeenteraad voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt de gemeenteraad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.

 

Art. 28. - § 1. - De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen niet geheim, behalve in de gevallen bedoeld in §4.

 

§ 2. - Er zijn twee mogelijke werkwijzen van stemmen:

1° de mondelinge stemming;

2° de geheime stemming.

 

§ 3. - In principe wordt mondeling gestemd.

 

§ 4. - Over de volgende aangelegenheden wordt geheim gestemd:

1° de vervallenverklaring van het mandaat van lid van de raad voor maatschappelijk welzijn en van lid van het vast bureau;

2° het aanwijzen van de leden en het beëindigen van deze aanwijzing van de bestuursorganen van het OCMW en van de vertegenwoordigers van het OCMW in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen.

3° individuele personeelszaken.

 

Art. 29. - De mondelinge stemming geschiedt door, in de volgorde zoals hierna bepaald, elk raadslid ja, neen of onthouding te laten uitspreken.

 

Iedere stemming wordt begonnen met de burgemeester, de schepen of het raadslid dat rechts naast de voorzitter zit en wordt voortgezet in tegenovergestelde richting van de wijzers van het uurwerk.  De voorzitter stemt het laatst, behalve bij geheime stemming.

 

Wanneer er na de stem van de voorzitter evenveel stemmen voor als tegen het voorstel zijn, dan is er staking van stemmen en is het voorstel verworpen, behalve in de gevallen van art. 32 van dit reglement.  De stem van de voorzitter is niet doorslaggevend bij staking van stemmen.

 

Art. 30. - Voor een geheime stemming worden vooraf gemaakte stembriefjes gebruikt en wordt eenvormig schrijfgerief ter beschikking gesteld.

 

De raadsleden stemmen ja, neen of onthouden zich. De onthouding gebeurt door het afgeven van een blancostembriefje.   Zowel onthoudingen als ongeldige stemmen tellen niet mee.

 

Voor de stemming en de stemopneming is het bureau samengesteld uit de voorzitter en de twee jongste raadsleden die geen persoonlijk belang hebben bij de stemming.  Ieder raadslid is gemachtigd de regelmatigheid van de stemopnemingen na te gaan.

 

Art. 31. - Vooraleer tot de stemopneming over te gaan, wordt het aantal stembriefjes geteld. Stemt dit aantal niet overeen met het aantal raadsleden, die aan de stemming hebben deelgenomen, dan worden de stembriefjes vernietigd en wordt elk raadslid uitgenodigd opnieuw te stemmen.

 

Art. 32. - Voor elke benoeming tot ambten, elke contractuele indienstneming, elke verkiezing en elke voordracht van kandidaten wordt overgegaan tot een afzonderlijke stemming. Als de vereiste meerderheid niet wordt verkregen bij de eerste stemming, wordt opnieuw gestemd over de twee kandidaten die de meeste stemmen hebben behaald.

 

Als bij de eerste stemming sommige kandidaten een gelijk aantal stemmen hebben behaald, dan wordt de jongste kandidaat tot de herstemming toegelaten.  Personen worden benoemd, aangesteld, verkozen of voorgedragen bij volstrekte meerderheid van stemmen.  Bij staking van stemmen heeft de jongste kandidaat de voorkeur.

 

 

NOTULEN EN ZITTINGSVERSLAG

 

Art. 33. - § 1  - De notulen van vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de raad voor maatschappelijk welzijn geen beslissing heeft genomen.

 

Zij maken eveneens duidelijk melding van alle beslissingen.  Behalve bij geheime stemming of bij unanimiteit, vermelden de notulen voor elk raadslid of hij voor of tegen het voorstel heeft gestemd of zich onthield.  

 

§ 2 - De zittingsverslagen van de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden.  De raad voor maatschappelijk welzijn  kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

Een raadslid kan vragen om in het zittingsverslag de rechtvaardiging van zijn stemgedrag op te nemen.

 

§ 3 - Als de raad voor maatschappelijk welzijn een aangelegenheid overeenkomstig artikelen 4 t/m 6 van dit reglement in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.

 

Art. 34. - § 1. - De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen de artikelen 277 en 278 van het decreet over het lokaal bestuur.

 

§ 2. - Ten laatste op het einde van de raadszitting wordt aan de algemeen directeur gemeld welke tussenkomsten en stemmotiveringen de raadsleden openomen willen zien in de notulen.  Daartoe dienen de raadsleden een afschrift van de voorgelezen tekst(en) onverwijld over te maken aan het gemeentesecretariaat.

 

§ 3. –  De notulen van de vorige vergadering zijn, behalve in spoedeisende gevallen, tenminste acht dagen voor de volgende vergadering bekendgemaakt via de webtoepassing, en zijn op het gemeentesecretariaat ter beschikking van de raadsleden, die er kennis willen van nemen.

 

§ 4. - Elk lid van de raad voor maatschappelijk welzijn heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.

 

Als er geen opmerkingen worden gemaakt, worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de algemeen directeur ondertekend. In het geval de raad voor maatschappelijk welzijn bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan de raad voor maatschappelijk welzijn beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering.

 

§ 5. - Zo dikwijls de raad het gewenst acht, worden de notulen geheel of gedeeltelijk staande de vergadering opgemaakt en door algemeen directeur en de meerderheid van de aanwezige leden ondertekend.

 

 

VERZOEKSCHRIFTEN AAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN

 

Art. 35. - § 1. - Iedere burger heeft het recht verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de organen van het OCMW in te dienen.  De organen van het OCMW zijn de raad voor maatschappelijk welzijn, het vast bureau, het bijzonder comité voor de sociale dienst, de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn, de voorzitter van het vast bureau, de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst, de algemeen directeur en elk ander orgaan van het OCMW dat als overheid optreedt.

 

§ 2. - De verzoekschriften worden aangetekend of tegen ontvangstbewijs gericht tot wiens bevoegdheid de inhoud van het verzoek behoort.  Komt een verzoekschrift niet bij het juiste orgaan van het OCMW aan, dan bezorgt dit orgaan het verzoek aan de juiste bestemmeling.    Een verzoek is een vraag om iets te doen of te laten.  Uit de tekst van het verzoekschrift moet de vraag duidelijk zijn.

 

§ 3. - Verzoekschriften die een onderwerp betreffen dat niet tot de bevoegdheid van het OCMW behoort, zijn onontvankelijk.  Verzoekschriften die duidelijk tot de bevoegdheid van de gemeente behoren, worden overgemaakt aan het bevoegde orgaan van de gemeente.  De indiener wordt daarvan op de hoogte gebracht. 

 

Een schriftelijke vraag wordt niet als verzoekschrift beschouwd als:

1° de vraag onredelijk is of te vaag geformuleerd;

2° het loutere mening is en geen concreet verzoek;

3° als de vraag anoniem, zonder vermelding van naam en voornaam en adres, werd ingediend;

4° het taalgebruik beledigend is.

 

Het orgaan of de voorzitter van dit orgaan doet deze beoordeling. Hij kan de indiener om een nieuw geformuleerd verzoekschrift vragen zodat het wel aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden voldoet.

 

Art. 36. - § 1. - De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn plaatst het verzoekschrift voor de raad van maatschappelijk welzijn op de agenda van de eerstvolgende raad voor maatschappelijk welzijn indien het verzoekschrift minstens twintig dagen voor de vergadering werd ontvangen. Wordt het verzoekschrift later ingediend dan komt het op de agenda van de vergadering die volgt na de volgende vergadering.

 

§ 2. - De raad voor maatschappelijk welzijn kan de bij hem ingediende verzoekschriften naar het vast bureau of het bijzonder comité verwijzen met het verzoek om over de inhoud ervan uitleg te verstrekken.

 

§ 3. - De verzoeker of, indien het verzoekschrift door meer personen ondertekend is, de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift, kan worden gehoord door de raad voor maatschappelijk welzijn of door het betrokken orgaan van het OCMW. In dat geval heeft de verzoeker of de eerste ondertekenaar van een verzoekschrift het recht zich te laten bijstaan door een persoon naar keuze.

 

§ 4. – De raad voor maatschappelijk welzijn of het orgaan dat aangeduid werd op basis van een beslissing zoals in art. 78 §2 van dit reglement, verstrekt binnen drie maanden na de indiening van het verzoekschrift een gemotiveerd antwoord aan de verzoeker, of indien het verzoekschrift door meer personen ondertekend is, aan de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift.

 

 

PRESENTIEGELD

 

Art. 37. - Aan de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn, met uitzondering van de voorzitter en de leden van het vast bureau, wordt een presentiegeld verleend voor volgende vergaderingen waarop zij aanwezig zijn:

- de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn die niet aansluit op de vergadering van de gemeenteraad, tenzij anders beslist wordt.

 

Art. 38. - Het presentiegeld voor de vergaderingen van de raad bedraagt evenveel als dat van de gemeenteraadsleden voor hun aanwezigheid op de gemeenteraad, nl. € 213,32.

 

 

KOPIERECHT

 

Art. 39. - Teneinde de inzage van de dossiers van de raad te vergemakkelijken, kunnen de gemeenteraadsleden op hun verzoek een kopie bekomen van de door hen aan te duiden stukken uit de dossiers die ze komen inzien.  Op telefonische verzoeken om kopies wordt niet ingegaan.  Documenten waarvan het kopierecht niet mogelijk is conform openbaarheid van bestuur, zijn uitgesloten.

 

Art. 40. - De door het raadslid gevraagde kopies zijn bedoeld voor zijn persoonlijk gebruik en zijn niet bestemd om verder verspreid of bekendgemaakt te worden.  

 

 

VERZEKERINGEN

 

Art. 41. - De gemeente sluit een verzekering af om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken die bij de normale uitoefening van hun mandaat persoonlijk ten laste komt van de gemeenteraadsleden.  De gemeente sluit daarnaast ook een verzekering af voor de ongevallen die de gemeenteraadsleden overkomen in het kader van de normale uitoefening van hun ambt.

 

De leden van het college van burgemeester en schepenen vallen niet onder de polis.  Zij vallen onder de polis arbeidsongevallen van personeelsleden.

 

 

VORMING

 

Art. 42. - Binnen de perken van het voorziene budget, kunnen de raadsleden studiedagen of vormingscursussen volgen op kosten van het gemeentebestuur voor zover die betrekking hebben op de uitoefening van hun mandaat.  Zij richten hiertoe voorafgaandelijk een schriftelijk verzoek aan de algemeen directeur via het emailadres secretariaat@gemeentemol.be.  De kosten mogen niet buitensporig zijn en moeten verantwoord worden met bewijsstukken.

 

Ze betreffen in principe enkel vormingscycli of studiedagen in het binnenland.  Er worden geen kosten vergoed voor het behalen van bijkomende diploma’s.  De relevantie en de kostprijs van de vorming worden beoordeeld door de algemeen directeur in overleg met de vormingsambtenaar.

 

 

ONDERTEKENINGSBEVOEGDHEID AMBTENAREN

 

Art. 43. - § 1. - De reglementen, beslissingen, akten, brieven en alle andere stukken worden ondertekend zoals bepaald in artikel 279 van het decreet over het lokaal bestuur.

 

§ 2. - De stukken, die niet vermeld worden in artikel 279, §1 - §5 van het decreet over het lokaal bestuur worden ondertekend door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en medeondertekend door de algemeen directeur.  De algemeen directeur kan  deze bevoegdheid overdragen conform artikel 283 van het decreet over het lokaal bestuur.

Indien dit werd opgenomen in de beheersovereenkomst tussen gemeente en OCMW, kan de algemeen directeur zijn handtekeningsbevoegdheid delegeren aan gemeentelijk en OCMW-personeel.

 

De raad voor maatschappelijk welzijn bepaalt in het huishoudelijk reglement door wie en op welke wijze de andere stukken van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, die niet vermeld worden in de voorgaande paragrafen, worden ondertekend en, als dat nodig wordt geacht, medeondertekend. Als de raad voor maatschappelijk welzijn die werkwijze niet vaststelt, worden de stukken getekend door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de algemeen directeur..

 

Alle briefwisseling rond de erkenning van diensten of instellingen dient ondertekend te worden door Voorzitter en algemeen directeur.

 

§ 3. - Alle stukken anders dan de effectieve beslissingen van de raad voor maatschappelijk welzijn en van de bijzondere comités, alsook alle akten en bekendmakingen van het centrum kunnen ondertekend worden door de respectievelijke  afdelingshoofden van de afdelingen van waaruit deze stukken vertrekken of de dossierbeheerder. Dit geldt tevens voor elektronische stukken en elektronische ondertekeningen en aangiften.

Bij hun afwezigheid kunnen de stukken ondertekend worden door het departementshoofd, door de diensthoofden van de diensten die ressorteren onder hun verantwoordelijkheid of door de door het afdelingshoofd aangeduide personeelsleden van hun dienst.

Diegenen die bevoegd zijn stukken te ondertekenen dienen boven hun handtekening hun naam en functie te vermelden en, in voorkomend geval, melding te maken van de opdracht.

 

Het betreft hier ten exemplatieve titel:

 

Voor de afdeling Personeel

Documenten ter uitvoering van beslissingen van de algemeen directeur

De uitnodigingen ter uitvoering van beslissingen van de algemeen directeur

De arbeidscontracten

De begeleidende brieven bij besluiten van de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen die dienen opgestuurd te worden naar de toezichthoudende overheid in verband met personeelszaken

Formulieren C4, C131a, C131b

Verklaringen tewerkstelling, tewerkstellingsattesten

Aangiftes + correspondentie arbeidsongevallen + verlengingen

Correspondentie verlengingen contracten

Tellingen personeel IOK, arbeidsgeneeskundige dienst, …

Algemene briefwisseling of e-mails

Correspondentie in verband met sollicitaties, antwoord op negatieve sollicitatiebrieven

Inkomensverklaringen

Aangiftes belastingen

Aangiftes pensioenen

Ziekteformulieren

Attesten werkhervatting na ziekte

Arbeidscontracten

Einde wederzijdse akkoorden

Loonattesten

Attesten studietoelage

Attesten voor ziekenfonds

Formulieren borstvoedingspauze

Aangifte hospitalisatieverzekering

Vakantieattesten

Formulieren Vlaams zorgkrediet

Formulieren thematische loopbaanonderbreking

Algemene mededelingen vanuit de personeelsdienst aan het personeel (bv. Griepvaccinatie, verlof omzetten in uren, …)

Brieven met informatie aan langdurige zieken

Begeleidende correspondentie bij beslist beleid

 

Voor de afdeling Senioren en Personen met een handicap.

Attesten i.v.m. het verblijf van de bewoners in "Ten Hove"

Attesten i.v.m. woonstverandering

Attesten i.v.m. verblijf in "Ten Hove"

Briefwisseling bewoners / familie

Gevolmachtigde sleutels

   Overeenkomsten bewoners / familie

Ondertekening van het huishoudelijk reglement

Ondertekening van diverse documenten i.v.m. het verblijf van de bewoner in "Ten Hove"

Alle documenten i.v.m. de erkenning van het WZC "Ten Hove" (aanvragen verlenging erkenning, inspectiedocumenten, aanvragen afwijking normen voor opname)

Alle documenten i.v.m. het RIZIV (aangifte, bewijsstukken enz.)

Alle aangiftes aan de verschillende mutualiteiten

Maandelijkse of trimesteriele kostennota's

Dagelijkse wijzigingen van bezetting ROB – RVT (bedden)

Diverse aanvragen bij adviserende geneesheren van de mutualiteiten

Briefwisseling i.v.m. nieuwe aanvraag en opnamedossiers

Overeenkomsten met stagiairs en bijhorende documenten

Alle documenten die nodig zijn voor het dagdagelijks functioneren van het Woon- en Zorgcentrum ‘Ten Hove’

Aanvragen betreffende volmachten medicatie bewoners aan mutualiteiten

Alle nodige documenten betreffende de verhoging van de dagprijs

Uitgaande facturen bewoners

Facturen betreffende geleverde prestaties door personeel van het Woon- en Zorgcentrum ‘Ten Hove’

Huurwaarborgen SF (serviceflats)

Afrekening facturatie apotheek

Uitgaande facturen  thuiszorgdiensten

Alle informatieve briefwisseling rond de algemene dienstverlening

Alle informatieve briefwisseling rond de individuele dienstverlening.

 

Voor de afdeling Sociale Zaken :

De attesten die, zonder afstand te doen van de verplichting tot toepassing van het beroepsgeheim en de privacywetgeving, worden afgeleverd aan derden ter kennisgeving van een toekenning van een uitkering in brede zin  aan een individu :

 

Attest recht op leefloon / bijstandsuitkering voor :

Molse bouwmaatschappij

Sociaal Verhuurkantoor

Andere maatschappijen sociale woningbouw

Wonen Vlaanderen

Aanvraag sociaal tarief energie / Pidpa / telefoon

Diftar

Belastingen

Kinderbijslagfonds

Studietoelagen

Aanvraag pro deo 

Attest over steunverlening / geen steunverlening

Attest ‘verklaring niet ten laste van het OCMW’

Attest over verblijf in LOI  (lokaal opvanginitiatief - verklaring materiële opvang)

Attest over het recht op een installatiepremie

Attest dat de cliënt in budgetbeheer is

Attest ten laste neming factuur (dokter, apotheek, stookolie,..)

Attest aanvraag derdebetalersregeling huisarts, tandarts, paramedici …

Attest stopzetting bijstandsrekening

Attest borgstelling

 

NOTA BENE  de kennisgeving zelf aan het individu van een beslissing van de Raad of van een Bijzonder Comité tot toekenning van ‘een uitkering in brede zin’ dient door de respectievelijke voorzitter en de algemeen directeur ondertekend te worden.

 

Art. 44. - De raad voor maatschappelijk welzijn duidt plaatsvervangers aan om de effectieve leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst te vervangen als die verhinderd zijn. De plaatsvervangers zijn werkende leden van de raad voor maatschappelijk welzijn die op dezelfde voordrachtakte voorkomen als de betrokken effectieve leden. De aanduiding van bedoelde plaatsvervangers maakt het voorwerp uit van een specifiek en afzonderlijk raadsbesluit.

 

BINDENDE KRACHT

 

Art. 45. - Dit reglement is van kracht vanaf de goedkeuring door de raad. Het blijft geldig na volledige vernieuwing van de raad, totdat de nieuwe raad een nieuw reglement heeft goedgekeurd.

 

Art. 46. - Een exemplaar van dit huishoudelijk reglement wordt ter beschikking gehouden tijdens alle vergaderingen van de raad.  Tevens ontvangt elk lid van de raad voor maatschappelijk welzijn een exemplaar.

 

Art. 47. -  Indien de vergaderingen van de raad voor maatschappelijk welzijn omwille van de openbare gezondheid / veiligheid niet fysiek kunnen plaatshebben, kunnen deze onder bepaalde voorwaarden digitaal worden georganiseerd:

        De wijze van vergaderen (digitaal) en de motivering (gezondheidssituatie) wordt vastgelegd in een burgemeestersbesluit (politieverordening) op grond van artikels 134, §1 en 135 van de Nieuwe Gemeentewet. 

        De digitale gemeenteraad moet openbaar te volgen zijn via een audiovisuele livestream. Een audiostream volstaat niet om aan de openbaarheid te voldoen. De webtoepassing van de gemeente communiceert hoe pers en publiek de vergadering kunnen volgen via de livestream. 

        De procedure voor geheime stemming moet aan de noodzakelijke democratische voorwaarden voldoen. 

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 31/05/2022
Overzicht punten

Zitting van 25 april 2022

 

IOK - ALGEMENE VERGADERING OP 17 MEI 2022 - GOEDKEURING AGENDA EN VASTSTELLEN MANDAAT VERTEGENWOORDIGER

Met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Het ocmw is deelnemer van IOK.

 

Het ocmw werd per aangetekende brief van 24 maart 2022 opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergadering van IOK die op 17 mei 2022 plaats heeft.

 

De agenda van deze algemene vergadering bevat volgende agendapunten:

1. Statutaire benoemingen

a. Vervanging bestuurder

b. Aanstelling commissaris-revisor

2. Goedkeuring van het verslag van de raad van bestuur over het boekjaar 2021

3. Verslag van de commissaris-revisor over het boekjaar 2021

4. Resultaatsbestemming 2021

5. Goedkeuring van de jaarrekening over het boekjaar 2021, afgesloten per 31 december 2021

6. Kwijting te geven afzonderlijk aan de bestuurders en commissaris-revisor over de uitoefening van hun mandaat in 2021

7. Dubbel presentiegeld voorzitter

8. Varia

 

Juridische gronden

Het decreet lokaal bestuur (DLB) van 22 december 2017 en in het bijzonder artikel 40 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad.

 

Deel 3, titel 3 van het DLB inzake de intergemeentelijke samenwerking en in het bijzonder artikel 432, derde lid dat bepaalt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient herhaald te worden voor elke algemene vergadering.

 

De statuten van IOK.

 

Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 11 maart 2019 waarbij Jan Vangheel werd aangeduid als vertegenwoordiger en Peter Van Rompaey als plaatsvervangend vertegenwoordiger om deel te nemen aan alle algemene vergaderingen van IOK voor de bestuursperiode 2019-2024.

 

Bijlagen

  1. Brief en bijlagen van 24 maart 2022.

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de uitnodiging van 24 maart 2022 ter voorbereiding van de algemene vergadering van 17 mei 2022.

 

De raad voor maatschappelijk welzijn dient volgende agendapunten goed te keuren:

1. Statutaire benoemingen

a. Vervanging bestuurder

b. Aanstelling commissaris-revisor

2. Goedkeuring van het verslag van de raad van bestuur over het boekjaar 2021

3. Verslag van de commissaris-revisor over het boekjaar 2021

4. Resultaatsbestemming 2021

5. Goedkeuring van de jaarrekening over het boekjaar 2021, afgesloten per 31 december 2021

6. Kwijting te geven afzonderlijk aan de bestuurders en commissaris-revisor over de uitoefening van hun mandaat in 2021

7. Dubbel presentiegeld voorzitter

8. Varia

 

Er zijn geen redenen voorhanden om de goedkeuring van de agendapunten te weigeren.

 

Het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden vastgesteld om conform het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn te handelen en te beslissen op deze algemene vergadering.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het ocmw.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

Op basis van de bekomen documenten (en de toelichtende nota) worden de agendapunten van de algemene vergadering van IOK van 17 mei 2022, zoals overgemaakt per aangetekende brief van 24 maart 2022, goedgekeurd.

 

Artikel 2

De vertegenwoordiger wordt gemandateerd om op de algemene vergadering van IOK van 17 mei 2022 conform dit besluit te handelen en te beslissen. Indien deze algemene vergadering niet geldig zou kunnen beraadslagen of indien deze algemene vergadering om welke reden dan ook zou worden verdaagd, dan blijft de vertegenwoordiger gemachtigd om deel te nemen aan elke volgende vergadering met dezelfde agenda.

 

Artikel 3

Het vast bureau wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan IOK.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 31/05/2022
Overzicht punten

Zitting van 25 april 2022

 

2021KB49 - TWEEDE PENSIOENPIJLER OFP PROLOCUS - GOEDKEURING

Met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

De raad voor maatschappelijk welzijn heeft in zitting van 20 december 2021 het budget van 2022 vastgesteld.

 

Juridische gronden

Dit besluit is gebaseerd op volgende wettelijke en reglementaire bepalingen:

 

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 77 en 78, betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

 

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

 

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

 

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

 

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikelen 2, 6° en 47 §2 die de aanbestedende overheden vrijstelt van de verplichting om zelf een plaatsingsprocedure te organiseren wanneer ze een beroep doen op een aankoopcentrale en artikel 43.

 

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

 

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.

 

Inspraak en advies

Advies financieel directeur: gunstig

 

Bijlagen

0. Overzicht documenten toetredingsdossier

1.a. Statuten - AV 20211217

1.b. Beheersovereenkomst - Basisversie

1.c. Kaderreglement DC - Basisversie

1.d. Pensioenreglement DC - MIPS - Basisversie

1.e. Financieringsplan - Basisversie

1.f. Verklaring inzake beleggingsbeginselen - Basisve

2.a. Toelichting statuten

2.b. Toelichting beheersovereenkomst

2.c. Toelichting kaderreglement en pensioenreglement

2.d. Toelichting financieringsplan

2.e. Toelichting verklaring inzake beleggingsbeginselen

20220330_protocol_2ePP

Toetredingsakte bij de beheerovereenkomst en het financieringsplan_OCMW Mol

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

In het kader van de opdracht “Tweede pensioenpijler” werd een dossier met nr. 2021KB48 opgesteld door de personeelsdienst.

 

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 230.000,00 (0% btw) per jaar.

 

Goedkeuring toetreding tot OFP Prolocus voor de tweede pensioenpijler, en de voorgestelde modaliteiten, wordt gevraagd.

 

Financiële weerslag

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2022 en de volgende jaren, op budgetcode 62230000 van de exploitatie.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

Het dossier met nr. 2021KB48 en de raming voor de opdracht “Tweede pensioenpijler”, opgesteld door de Personeelsdienst worden goedgekeurd. De raming bedraagt € 230.000,00 (0% btw) per jaar.

 

Artikel 2

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis en stemt in met:

- de beheersovereenkomst en het financieringsplan (algemeen luik en luik VVSG) via de toetredingsakte van OFP Prolocus;

- het kaderreglement en het bijzonder pensioenreglement

 

Artikel 3

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de verklaring inzake beleggingsbeginselen (SIP)(algemeen luik en luik VVSG) en de statuten.

 

Artikel 4

De raad voor maatschappelijk welzijn stemt in met het feit dat de door het financieringsplan verschuldigde bijdragen en de kosten voor het functioneren van OFP Prolocus zullen worden geïnd door de RSZ in naam en voor rekening van OFP Prolocus.

 

Artikel 5

De pensioentoezegging bedraagt 3% van het pensioengevend loon.

Het bestuur van OCMW Mol vormt samen met de gemeente Mol een MIPS-groep.

 

Artikel 6

De burgemeester wordt afgevaardigd als vertegenwoordiger in de algemene vergadering van OFP Prolocus en de financieel directeur als plaatsvervanger.

 

Artikel 7

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2022 en de volgende jaren, op budgetcode 62230000 van de exploitatie.

 

Artikel 8

De voorzitter van de raad en de algemeen directeur worden gemachtigd om de noodzakelijke vervolgstappen te nemen voor uitvoering van voormelde beslissingen.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 31/05/2022
Overzicht punten

Zitting van 25 april 2022

 

LEEFGELD LOKAAL OPVANGINITIATIEF (LOI) - AANPASSING BEDRAGEN - GOEDKEURING

Met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Wekelijks betaalt het OCMW een leefgeld aan de cliënten die in het LOI verblijven. In dit leefgeld zijn geen extra kosten zoals o.a. schoolkosten, transport, kledij, organiseren van vrijetijd … inbegrepen. Dit dient door het OCMW afzonderlijk te worden betaald. Het zakgeld is wel inbegrepen in het leefgeld.

 

De laatste aanpassing betreffende financiële steun aan LOI-bewoners werd beslist tijdens de OCMW-Raad van 23 december 2019. Sinds vorig jaar werken we met een nieuwe informaticatoepassing, nl. New Horizon. Mede hierdoor wensen we graag de uitbetaling van de gelden te vereenvoudigen vanaf 1 mei 2022.

 

In deze worden de volgende wijzigingen voorgesteld:

- bankkosten vallen weg

- leefgelden voor volwassenen met kinderen stijgen naar 60 euro

- leefgeld voor kinderen stijgt naar 35 euro

- Kledijgeld wordt per 6 maanden uitbetaald

- Geld sportkledij valt weg

 

Juridische gronden

Artikel 77 van het Decreet Lokaal Bestuur.

Artikel 57 ter OCMW-Wet.

Wet van 12 januari 2007 betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde categorieën van vreemdelingen.

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Een aanpassing van de bedragen leefgeld voor  onze LOI-bewoners is wenselijk gezien ontwikkelingen binnen de huidige informatica-toepassingen. Deze bedragen beantwoorden aan de richtlijnen van Fedasil.

 

Financiële weerslag

De financiële weerslag van de verhoging van de bedragen is miniem. Een verhoging van budget is in deze niet nodig.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De raad voor maatschappelijk welzijn geeft haar goedkeuring voor de aanpassing van de leefgelden zoals voorgesteld vanaf 1 mei 2022.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 31/05/2022