Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

NOTULEN RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN - 18 NOVEMBER 2019 - GOEDKEURING

De notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn van 18 november 2019 werden in Meeting.mobile gekoppeld als bijlage aan dit agendapunt.

 

Bijlage:

1) Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 18 november 2019

 

Goedkeuring notulen wordt gevraagd.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019
Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

RECHTSPOSITIEREGELING SPECIFIEK PERSONEEL OCMW - AANPASSING VERLOFSTELSEL EN FIETSVERGOEDING - GOEDKEURING

Tot op heden wordt het verlof voor contractuele personeelsleden berekend via het privé-stelsel, de ’20 wettelijke dagen’. Voor deze berekening wordt rekening gehouden met de prestaties van het voorgaande jaar (= het vakantiedienstjaar). Daarnaast krijgt het personeelslid ook bijkomende verlofdagen. Voor deze bijkomende verlofdagen wordt rekening gehouden met het vakantiejaar  (d.w.z. het jaar waarin vakantie wordt opgenomen).

In het publieke stelsel wordt er, voor alle verlofdagen, enkel rekening gehouden met het vakantiejaar. Een vakantieregeling die gebaseerd is en opgebouwd wordt volgens de arbeidsprestaties in het lopende jaar (vakantiejaar) sluit nauwer aan bij de Europese wetgeving namelijk dat alle voltijdse werkende werknemers recht hebben op 20 vakantiedagen binnen het jaar waarin de prestaties geleverd worden. Daarnaast is het ook in functie van uniformisering van processen en efficientiewinsten wenselijk te voorzien in één verlofstelsel voor alle personeelsleden, namelijk het publieke stelsel (zoals de statutaire personeelsleden).

Alle contractuele personeelsleden krijgen bij omschakeling naar het publieke stelsel eenmalig een uitbetaling van hun opgebouwde vakantiedagen in het privé-stelsel. Bij uitdiensttreding is er op dat moment geen uitbetaling meer van vakantiedagen.

De rechtspositieregeling moet in dit kader worden aangepast met ingang vanaf 1 januari 2020.

 

Naast bovenstaande aanpassing moet, in navolging van de beslissingen genomen binnen de meerjarenplanning 2020-2025, artikel 246 van de rechtspositieregeling worden aangepast waarbij de de fietsvergoeding wordt verhoogd tot 24 eurocent per afgelegde kilometer met ingang vanaf 1 januari 2020.

 

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties leverde protocollen van akkoord af op 4 december 2019.

 

Bijlagen:

1)      20191223_OCMW-raad_RPRspecifiekpersoneelOCMW_vakantiestelsel_fietsvergoeding

2)      20191204_OOC_protocol_RPRspecifiekpersoneelOCMW_vakantiestelsel

3)      20191204_OOC_protocol_RPRspecifiekpersoneelOCMW_fietsvergoeding

 

 

Goedkeuring wordt gevraagd.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019
Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

RECHTSPOSITIEREGELING WOONZORGCENTRUM - AANPASSING VERLOFSTELSEL, FIETSVERGOEDING EN AANVULLEND PENSIOENSTELSEL - GOEDKEURING

Tot op heden wordt het verlof voor contractuele personeelsleden berekend via het privé-stelsel, de ’20 wettelijke dagen’. Voor deze berekening wordt rekening gehouden met de prestaties van het voorgaande jaar (= het vakantiedienstjaar). Daarnaast krijgt het personeelslid ook bijkomende verlofdagen. Voor deze bijkomende verlofdagen wordt rekening gehouden met het vakantiejaar  (d.w.z. het jaar waarin vakantie wordt opgenomen).

In het publieke stelsel wordt er, voor alle verlofdagen, enkel rekening gehouden met het vakantiejaar. Een vakantieregeling die gebaseerd is en opgebouwd wordt volgens de arbeidsprestaties in het lopende jaar (vakantiejaar) sluit nauwer aan bij de Europese wetgeving namelijk dat alle voltijdse werkende werknemers recht hebben op 20 vakantiedagen binnen het jaar waarin de prestaties geleverd worden. Daarnaast is het ook in functie van uniformisering van processen en efficientiewinsten wenselijk te voorzien in één verlofstelsel voor alle personeelsleden, namelijk het publieke stelsel (zoals de statutaire personeelsleden). De huidige gelijkstellingen voor de berekening van het vakantiegeld publieke stelsel blijven behouden.

Alle contractuele personeelsleden krijgen bij omschakeling naar het publieke stelsel eenmalig een uitbetaling van hun opgebouwde vakantiedagen in het privé-stelsel. Bij uitdiensttreding is er op dat moment geen uitbetaling meer van vakantiedagen.

De rechtspositieregeling moet in dit kader worden aangepast met ingang vanaf 1 januari 2020.

 

Naast bovenstaande aanpassing moet, in navolging van de beslissingen genomen binnen de meerjarenplanning 2020-2025, volgende aanpassingen aan de rechtspositieregeling woonzorgcentrum gebeuren:

1)      artikel 246 van de rechtspositieregeling moet worden aangepast waarbij de de fietsvergoeding wordt verhoogd tot 24 eurocent per afgelegde kilometer met ingang vanaf 1 januari 2020;

2)      het aanvullend pensioenstelsel wordt ingeschreven.

 

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties leverde protocollen van akkoord af op 4 december 2019.

 

Bijlagen:

1)      20191223_OCMW-raad_RPRWZC_vakantiestelsel_fietsvergoeding_aanvullendpensioenstelsel

2)      20191204_OOC_protocol_RPRsWZC_vakantiestelsel

3)      20191204_OOC_protocol_RPRWZC_fietsvergoeding

4)      20191204_OOC_protocol_RPRWZC_aanvullendpensioenstelsel

 

Goedkeuring wordt gevraagd.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019
Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

TWEEDE PENSIOENPIJLER - CONTRACTANTEN WOONZORGCENTRUM - GOEDKEURING

De raad voor maatschappelijk welzijn voerde een aanvullend pensioenstelsel in voor zijn contractuele personeelsleden, uitgezonderd de contractuele personeelsleden van het woonzorgcentrum, vanaf 1 januari 2011 (met inhaaltoelage voor 2010). Het contractueel aangestelde personeel van de federaal gefinancierde gezondheidsinstellingen werd voorlopig uitgesloten van dit aanvullende pensioenstelsel. Er moest eerst duidelijkheid komen over de uitvoering van het akkoord van 18 juli 2005 betreffende de federale gezondheidssectoren - publieke sector, om te vermijden dat er voor deze sector twee parallelle initiatieven naast elkaar ontstaan.

 

Na negen jaar staan de federale middelen voor de opbouw van een tweede pensioenpijler voor het personeel van woonzorgcentra in de publieke sector nog steeds geparkeerd. Het is ondertussen ook duidelijk dat de federale financiering niet voldoende zal zijn. Daarnaast is de impact van artikel 12 van de wet van 30 maart 2018 sinds september - oktober 2019 duidelijk. Deze wet voorziet dat om te kunnen genieten van de vermindering op de responsabiliseringsbijdrage het bestuur een aanvullend pensioen moet toekennen aan alle contractanten (op enkele uitzonderingen na) dus ook aan het personeel van hun woonzorgcentrum. Volgens prognoses zal het OCMW wellicht vanaf 2024 responsabliseringsbijdrage verschuldigd zijn en is vanaf dan het aanvullend pensioen een voorwaarde om te kunnen genieten van de korting.

 

Het is redelijkerwijze verantwoord dat het personeel van het woonzorgcentrum gefaseerd op hetzelfde bijdragepercentage komt als de rest van het personeel, want als besturen - weliswaar voorlopig en in afwachting van een federaal initiatief ter zake - het personeel van het woonzorgcentrum mochten uitsluiten, dan mogen besturen in dezelfde zienswijze op graduele wijze het personeel van het woonzorgcentrum aansluiten. Overwegende het zuinigheidsbeginsel en het redelijkheidsbeginsel is het verantwoord om voor het personeel van het woonzorgcentrum gradueel te voorzien in een tweede pensioenpijler:

       met ingang vanaf 1 januari 2020 te voorzien in een pensioentoelage van 2%;

       met ingang vanaf 1 januari 2021 te voorzien in een pensioentoelage van 2,5%;

       met ingang vanaf 1 januari 2022 te voorzien in een pensioentoelage van 3%.

 

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties verleende hiervoor een protocol van akkoord in zitting van 4 december 2019.

 

Bijlage

1)      Protocolakkoord van de representatieve vakorganisaties van 4 december 2019.

 

Goedkeuring wordt gevraagd.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019
Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

OCMW - ARBEIDSREGLEMENT - GOEDKEURING

De wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen verplicht de werkgever een arbeidsreglement op te stellen. Het arbeidsreglement regelt, naast de individuele arbeidsovereenkomst en/of de rechtspositieregeling, de algemene arbeidsvoorwaarden en geeft  aan de werknemers informatie over de werking en de organisatie van het werk binnen de onderneming of binnen de instelling die hen tewerkstelt.

 

De raad voor maatschappelijk welzijn keurde in zitting van 20 december 2006 het arbeidsreglement goed. In functie van de integratie gemeente en OCMW, optimalisatie van processen en in navolging van wijzigingen in wetgeving en organisatiestructuur, werd het arbeidsreglement herschreven. Er werd een gemeenschappelijk arbeidsreglement uitgewerkt dat van toepassing is op alle personeelsleden zowel in statutair als contractueel dienstverband, van de gemeente Mol en het OCMW Mol, uitgezonderd het personeel van het woonzorgcentrum Ten Hove, het gesubsidieerd onderwijspersoneel, de art.60’ers die ter beschikking worden gesteld aan externe diensten, de vrijwilligers, de wijkwerkers en de verenigingswerkers.

 

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties leverde een protocol van akkoord af op 4 december 2019.

 

Bijlagen:

1) Arbeidsreglement met bijlagen.

2) Protocolakkoord van de representatieve vakorganisaties van 4 december 2019.

 

Goedkeuring wordt gevraagd.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019
Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

OCMW - ARBEIDSREGLEMENT WOONZORGCENTRUM - GOEDKEURING

De wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen verplicht de werkgever een arbeidsreglement op te stellen. Het arbeidsreglement regelt, naast de individuele arbeidsovereenkomst en/of de rechtspositieregeling, de algemene arbeidsvoorwaarden en geeft  aan de werknemers informatie over de werking en de organisatie van het werk binnen de onderneming of binnen de instelling die hen tewerkstelt.

 

De raad voor maatschappelijk welzijn keurde in zitting van 20 december 2006 het arbeidsreglement voor het woon- en zorgcentrum 'Ten Hove' goed. In functie van de integratie gemeente en OCMW, optimalisatie van processen en in navolging van wijzigingen in wetgeving en organisatiestructuur, werd het arbeidsreglement voor het woonzorgcentrum Ten Hove herschreven. Het arbeidsreglement woonzorgcentrum werd herschreven naar analogie met het algemene arbeidsreglement maar omwille van specifieke regelgeving en afspraken die van toepassing zijn binnen het woonzorgcentrum werd er geopteerd om in een apart arbeidsreglement te voorzien.

 

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties leverde een protocol van akkoord af op 4 december 2019.

 

Bijlagen:

1) Arbeidsreglement woonzorgcentrum met bijlagen.

2) Protocolakkoord van de representatieve vakorganisaties van 4 december 2019.

 

Goedkeuring wordt gevraagd.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019
Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

LEEFGELD - AANPASSING BEDRAGEN - GOEDKEURING

Fedasil brengt jaarlijks een nota uit met richtlijnen en richtbedragen in verband met het leefgeld te hanteren in de dagelijkse LOI-werking (lokaal opvang initiatief)

 

Wekelijks betaalt het OCMW een leefgeld aan de cliënten die in het LOI verblijven. In dit leefgeld zijn geen extra kosten zoals o.a. schoolkosten, transport, kledij, organiseren van vrijetijd,… inbegrepen. Dit dient door het OCMW afzonderlijk te worden betaald. Het zakgeld is wel inbegrepen in het leefgeld.

 

Wanneer we onze bedragen vergelijken met de richtbedragen, voorgesteld door Fedasil, is de conclusie dat er vooral voor alleenstaanden en de koppels zonder kinderen een duidelijk (negatief) verschil is met de richtbedragen, voorgesteld door Fedasil.

 

De laatste aanpassing betreffende financiële steun aan LOI-bewoners werd beslist tijdens de OCMW-Raad van 27 april 2016. Gezien de vergelijkingen met de richtbedragen van Fedasil, stellen wij voor het leefgeld aan te passen voor de alleenstaanden en koppels zonder kinderen.

 

Concreet betekent dit dan dat het leefgeld voor een alleenstaande en koppels zonder kinderen verhoogd wordt naar € 60 / € 120.  De bedragen die nu gehanteerd worden voor de gezinnen met kinderen voldoen reeds aan de minimum richtlijn van Fedasil.

 

Hieraan gekoppeld wordt voorgesteld om ook het minimum leefgeld ("dringende steun") in alle andere dossiers alleenstaanden op te trekken naar € 60 per week.

Bij gezinnen wordt het bedrag van € 55 per persoon en € 35 voor een kind behouden.

 

Tot slot wordt voorgesteld om eveneens binnen budgetbeheren het richtbedrag van € 60 per week voor een alleenstaande te beogen, zij het wel berekend op jaarbasis. Dit gezien elke situatie specifiek is en er binnen budgetbeheren vaak ook extra uitgaven/leefgeld voorzien wordt, bv. verjaardagen, sinterklaas, kermis ….

 

Goedkeuring wordt gevraagd :

1)     voor de aanpassing van de leefgelden LOI van € 50 naar € 60 voor alleenstaanden en koppels zonder kinderen. 

2)     voor de aanpassing in dringende steun leefgeld van € 55 naar € 60 voor alleenstaanden en koppels zonder kinderen.

3)     om voor het wekelijks leefgeld binnen budgetbeheren het richtbedrag van € 60 te beogen, berekend op jaarbasis.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019
Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

EERSTELIJNSZONE BALDEMORE - STATUTEN VZW - GOEDKEURING

In 2017 besliste de Vlaamse overheid tot een grondige reorganisatie van de eerstelijnszorg. De hervorming streeft naar een betere afstemming van gezondheids- en welzijnszorg en optimale samenwerking tussen lokale overheden, zorg- en hulpverleners. Om dit te realiseren werden over heel Vlaanderen eerstelijnszones opgericht.

 

De eerstelijnszone Baldemore is opgericht om het werk van lokale overheden, zorg- en hulpverleners beter op elkaar af te stemmen. Het doel is het organiseren van 'een effectieve en kwalitatieve eerste lijn waar de burger centraal staat en die toegankelijk is voor iedereen.'

Het is een samenwerking tussen eerstelijnszorgaanbieders (zorg/welzijn), lokale besturen en de persoon met de zorg- en ondersteuningsbehoefte (PZON).

 

Mol behoort tot de eerstelijnszone Baldemore, samen met Balen, Dessel en Retie.

 

De eerstelijnszone wordt vanaf 2020 aangestuurd door een zorgraad. De overheid verplicht elke zorgraad om van de eerstelijnszone een vzw te maken.  Hiervoor werd een ontwerp van statuten gemaakt.

 

Goedkeuring wordt gevraagd.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019
Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

GROEIEN ZONDER ZORGEN - VERLENGING PROJECT - GOEDKEURING

De POD-MI (Programmatorische federale Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie) lanceerde op 3 juli 2018 een projectoproep ‘Gezinsarmoede effectief en efficiënt bestrijden’. Met de projectoproep wil men een impuls geven aan de lokale daadkracht in de strijd tegen gezinsarmoede. De projectaanvraag 'Groeien zonder zorgen', ingediend door de interlokale vereniging Baldemore, werd goedgekeurd.

 

Via het project Groeien zonder zorgen (ondertussen 'POWer') willen we de zorgverlening in de perinatale periode coördineren, waardoor er minder gezinnen uit de boot vallen en kwetsbare zwangeren beter ondersteund en geïnformeerd worden. Er wordt een gezinscoach ingezet die kwetsbare gezinnen begeleidt op een outreachende manier en hen toeleidt naar de nodige dienstverlening. Daarnaast wordt er ingezet op de bevordering van de samenwerking en het delen van expertise in het perinatale netwerk van Baldemore. Het project zit onder de koepel van het Huis van het Kind.

 

Het project loopt ondertussen een jaar en wordt als zeer positief ervaren door kwetsbare gezinnen en partnerorganisaties van het perinatale netwerk. Het voorstel is om dan ook een verlenging aan te vragen voor een bijkomend jaar.

 

De OCMW-Raad heeft in zitting van 16 juli 2018 het oorspronkelijke projectvoorstel goedgekeurd.

Het Beheerscomité van Baldemore gaf in zitting van 19 november 2019 een positief advies voor het indienen van de verlenging voor 2020.

 

Financiële weerslag:

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het gemeentebestuur.

 

Bijlagen:

1)      Aanvraag_verlenging 2020 Groeien zonder zorgen

2)      Oorspronkelijke projectaanvraag Groeien zonder zorgen

3)      Verslag Beheerscomité Baldemore 19 november 2019

 

Goedkeuring wordt gevraagd.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019
Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

AANBEVELINGEN - AUDIT VLAANDEREN - KENNISNAME

Op 5 december 2019 bezorgde Audit Vlaanderen een auditrapport over de thema-audit systeem i. Dit rapport bevatte een aantal aanbevelingen.

De thema-audit bij OCMW Mol focuste op het proces rond het beheer van de persoonlijke middelen van cliënten met een ‘systeem i-rekening’. Audit Vlaanderen evalueerde dit proces vanaf de opstart van een dossier tot en met de stopzetting ervan. Audit Vlaanderen ging eveneens na of een aantal belangrijke randvoorwaarden aanwezig zijn om dit proces goed te laten verlopen.

 

Bijlage:

1) rapport thema-audit systeem i

 

Kennisname wordt gevraagd.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019
Overzicht punten

Zitting van 23 december 2019

 

MEERJARENPLAN 2020-2025 : VASTSTELLING

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat het meerjarenplan van een lokaal bestuur start in het tweede jaar na de lokale verkiezingen en dat het loopt tot het einde van het jaar na de daaropvolgende verkiezingen. Dat betekent dat het nieuwe bestuur in 2019 het meerjarenplan opmaakt voor de periode van 2020 tot 2025.

 

Het komt de raad voor maatschappelijk welzijn toe om het meerjarenplan 2020-2025 voor het deel van het OCMW vast te stellen.

 

Het meerjarenplan 2020-2025 bestaat uit volgende documenten:

       De strategische nota bevat de beleidsdoelstellingen en beleidsopties voor het extern en intern te voeren beleid met vooropgesteld resultaat/effect

       De financiële nota is de financiële vertaling van de beleidsdoelstellingen en beleidsopties uit de strategische nota met:

         Schema M1: Het financiële doelstellingenplan

         Schema M2: De staat van het financiële evenwicht

         Schema M3: Het overzicht van de kredieten

       De toelichting met:

         Schema T1: Ontvangsten en uitgaven per beleidsdomein

         Schema T2: Ontvangsten en uitgaven naar economische aard

         Schema T3: Investeringsprojecten

         Schema T4: Evolutie van de financiële schulden

         Overzicht van de financiële risico's

         Beschrijving van de gekozen grondslagen en assumpties

       De documentatie bij het meerjarenplan

 

De kredieten voor 2020:

 

2020

Uitgaven

Ontvangsten

Kredieten Gemeente

 

 

Exploitatie

44.554.011

51.210.334

Investeringen

15.529.605

984.200

Financiering

1.750.700

8.096.733

Leningen en Leasings

1.550.700

8.026.766

Toegestane leningen en betalingsuitstel

200.000

70.000

Kredieten OCMW

 

 

Exploitatie

21.655.238

15.751.070

Investeringen

246.688

721.233

Financiering

1.560.150

0

Leningen en Leasings

1.560.150

0

Toegestane leningen en betalingsuitstel

0

0

 

De autofinancieringsmarge voor gemeente en OCMW:

 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Gemeente en OCMW

-1.326.084

237.638

-183.170

323.376

-53.153

113.991

 

Vaststelling van het deel van het meerjarenplan 2020-2025 van het OCMW wordt gevraagd.

 

 

Publicatiedatum: 13/12/2019