ZITTING VAN MAANDAG 9 NOVEMBER 2020

 

Aanwezig:

voorzitter

Peter Van Rompaey

voorzitter vast bureau

Wim Caeyers

raadsleden

Servais Verherstraeten, Luc Van Craenendonck, Hans Schoofs, Koen Van Gompel, Paul Vanhoof, Jos Lodewijckx, Tomas Sergooris, Lotte Vreys, Jan Vangheel, Zehra Ünlü, Solange Abbeloos, Ria Melis, Davy Geboers, Hanne Paepen, Anneleen Dom, Els Ceulemans, Maarten Van Camp, Chris Xhenseval, Lander Geyzen, Masha Celen, Bas Van Olmen, Sofie Molenberghs, Koen Boeckx, Nele Van Roey

leden vast bureau

Andreas Verbeke, Lieve Heurckmans, Hilde Valgaeren, Frederik Loy, Hans De Groof, Maria Belmans, Wendy Soeffers

algemeen directeur

Stefan Hendrix

 

 

Overzicht punten

Zitting van 09 november 2020

 

NOTULEN RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN - 12 OKTOBER 2020  - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

De raad voor maatschappelijk welzijn vergaderde in zitting van 12 oktober 2020.

 

De notulen van deze raad werden in Meeting.mobile gekoppeld als bijlage aan dit agendapunt.

 

Juridische gronden

Artikel 34 § 1 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn - goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn van 11 maart 2019 - bepaalt dat de notulen van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn worden opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur.

 

Behalve in spoedeisende gevallen, worden de notulen van de vorige vergadering ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn. Het huishoudelijk reglement bepaalt de wijze waarop de notulen ter beschikking worden gesteld.

 

Artikel 33 § 1 van het huishoudelijk reglement bepaalt dat de notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn alle besproken onderwerpen vermelden in chronologische volgorde, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de raad voor maatschappelijk welzijn geen beslissing heeft genomen.

 

Bijlagen

1)      Notulen raad voor maatschappelijk welzijn 12 oktober 2020

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Het is verplicht dat de notulen van de vorige raad voor maatschappelijk welzijn worden goedgekeurd op de eerstvolgende zitting.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het gemeentebestuur.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn van 12 oktober 2020 worden goedgekeurd.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 18/11/2020
Overzicht punten

Zitting van 09 november 2020

 

RECHTSPOSITIEREGELING SPECIFIEK PERSONEEL OCMW - SECTORAAL AKKOORD/PLEEGZORGVERLOF - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Op 10 april 2020 sloten de VVSG, de VVP, de drie vakbonden en de Vlaamse regering een nieuw sectoraal akkoord af voor de personeelsleden van de lokale en provinciale besturen. Het betreft zowel de VIA-personeelsleden (de zorg, de culturele sector en de sociale economie) als de andere personeelsgroepen (niet-VIA). Het akkoord bevat twee grote luiken: een koopkrachtverhoging voor het personeel van globaal 1,1% vanaf 1 januari 2020 en een engagement van de sociale partners om verder werk te maken van een hedendaags personeelsbeleid. Het akkoord is het resultaat van maandenlange onderhandelingen. De concrete uitvoeringsmodaliteiten werden vastgelegd in de omzendbrief van 28 mei 2020 (KB/ABB 2020/2).

De rechtspositieregeling bevat momenteel geen bepalingen omtrent verlof voor pleegzorgen.  De wet op de arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978 bepaalt dat een contractueel personeelslid die aangesteld is als pleegouder het recht heeft op 6 kalenderdagen pleegzorgverlof per jaar voor het nakomen van verplichtingen en het vervullen van taken die verband houden met de plaatsing in zijn gezin van een (of meerdere) perso(o)nen. Voor statutaire personeelsleden zijn er in het Vlaams Besluit Rechtspositieregeling geen bepalingen opgenomen voor het verlof voor pleegzorgen. Artikel 218 van dat besluit bepaalt dat de raad nog andere dienstvrijstellingen kan regelen en de modaliteiten daarvan kan bepalen.

 

Juridische gronden

Besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Het sectoraal akkoord lokale en provinciale besturen 2020.

Omzendbrief KB/ABB 2020/2 van 29 mei 2020 betreffende het sectoraal akkoord 2020 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen - uitvoeringsmodaliteiten.

De rechtspositieregeling specifiek personeel OCMW werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 29 juni 2016. De laatste wijziging aan deze rechtspositieregeling werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 17 februari 2020.

 

Inspraak en advies

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties van 7 oktober 2020 leverde protocollen van akkoord af.

 

Bijlagen

1)      Aanpassingen aan de rechtspositieregeling specifiek personeel OCMW

2)      Protocol sectoraal akkoord lokale en provinciale besturen 2020.

3)      Protocol aanpassing rechtspositieregeling specifiek personeel OCMW in kader van pleegzorgverlof.

 

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

In uitvoering en binnen het kader van het sectoraal akkoord lokale en provinciale besturen 2020 werd het volgende bepaald:

1)      Vanaf 1 oktober 2020: verhoging van de werkgeversbijdragen van de maaltijdcheques met 0,50 euro;

2)      Vanaf 2020: toekenning 40 € (voor voltijds equivalent) ter gelegenheid van Kerstmis onder de vorm van de cadeaubon ’t Mols Kadoke;

3)      Enkel voor 2020: toekenning van 235 € (voor voltijds equivalent) onder de vorm van consumptiecheques;

4)      Vanaf 2021: toekenning van 160 € (voor voltijds equivalent) onder de vorm van ecocheques;

5)      De tweede pensioenpijler voor het contractueel personeel van het woonzorgcentrum wordt opgetrokken naar 2,5%; Voor de periode van 1 januari 2020 tot deze verhoging wordt voorzien in een eenmalige correctie door middel van een inhaalpremie; De tweede pensioenpijler voor het contractueel personeel van het woonzorgcentrum wordt opgetrokken naar 3% per 1 januari 2022.

Volgende groepen worden hierbij uitgesloten:

       De personeelsleden tewerkgesteld in het kader van artikel 60§7 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;

       De begeleiders leerlingenvervoer, middagtoezichters en modellen;

       Jobstudenten wat betreft de tweede pensioenpijler, consumptiecheques, cadeaubon en ecocheques.

In functie hiervan moet de rechtspositieregeling worden aangepast. De concrete aanpassing is toegevoegd als bijlage bij dit besluit.

 

Om pleegzorgverlof mogelijk te maken voor alle personeelsleden wordt artikel 308bis zoals omgeschreven in bijlage bij dit besluit toegevoegd in de rechtspositieregeling. 

 

Financiële weerslag

De financiële impact is voorzien in het budget en de meerjarenplanning.

Voor de uitvoering van het sectoraal akkoord ontvangt het bestuur voor het VIA-personeel financiering vanuit het VIA5-akkoord.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de aanpassing van de rechtspositieregeling specifiek personeel OCMW volgens de tekst toegevoegd als bijlage aan dit besluit goed.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 18/11/2020
Overzicht punten

Zitting van 09 november 2020

 

RECHTSPOSITIEREGELING WOONZORGCENTRUM - SECTORAAL AKKOORD/PLEEGZORGVERLOF - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Op 10 april 2020 sloten de VVSG, de VVP, de drie vakbonden en de Vlaamse regering een nieuw sectoraal akkoord af voor de personeelsleden van de lokale en provinciale besturen. Het betreft zowel de VIA-personeelsleden (de zorg, de culturele sector en de sociale economie) als de andere personeelsgroepen (niet-VIA). Het akkoord bevat twee grote luiken: een koopkrachtverhoging voor het personeel van globaal 1,1% vanaf 1 januari 2020 en een engagement van de sociale partners om verder werk te maken van een hedendaags personeelsbeleid. Het akkoord is het resultaat van maandenlange onderhandelingen. De concrete uitvoeringsmodaliteiten werden vastgelegd in de omzendbrief van 28 mei 2020 (KB/ABB 2020/2).

De rechtspositieregeling bevat momenteel geen bepalingen omtrent verlof voor pleegzorgen.  De wet op de arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978 bepaalt dat een contractueel personeelslid die aangesteld is als pleegouder het recht heeft op 6 kalenderdagen pleegzorgverlof per jaar voor het nakomen van verplichtingen en het vervullen van taken die verband houden met de plaatsing in zijn gezin van een (of meerdere) perso(o)nen. Voor statutaire personeelsleden zijn er in het Vlaams Besluit Rechtspositieregeling geen bepalingen opgenomen voor het verlof voor pleegzorgen.  Artikel 218 van dat besluit bepaalt dat de raad nog andere dienstvrijstellingen kan regelen en de modaliteiten daarvan kan bepalen.

 

Juridische gronden

Besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Het sectoraal akkoord lokale en provinciale besturen 2020.

Omzendbrief KB/ABB 2020/2 van 29 mei 2020 betreffende het sectoraal akkoord 2020 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen - uitvoeringsmodaliteiten.

De rechtspositieregeling woonzorgcentrum werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 29 juni 2016. De laatste wijziging aan deze rechtspositieregeling werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 17 februari 2020.

 

Inspraak en advies

Het overleg- en onderhandelingscomité met de representatieve vakorganisaties van 7 oktober 2020 leverde protocollen van akkoord af.

 

Bijlagen

1)      Aanpassingen aan de rechtspositieregeling woonzorgcentrum

2)      Protocol sectoraal akkoord lokale en provinciale besturen 2020.

3)      Protocol aanpassing rechtspositieregeling woonzorgcentrum in kader van pleegzorgverlof.

 

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

In uitvoering en binnen het kader van het sectoraal akkoord lokale en provinciale besturen 2020 werd het volgende bepaald:

1)      Vanaf 1 oktober 2020: verhoging van de werkgeversbijdragen van de maaltijdcheques met 0,50 euro;

2)      Vanaf 2020: toekenning 40 € (voor voltijds equivalent) ter gelegenheid van Kerstmis onder de vorm van de cadeaubon ’t Mols Kadoke;

3)      Enkel voor 2020: toekenning van 235 € (voor voltijds equivalent) onder de vorm van consumptiecheques;

4)      Vanaf 2021: toekenning van 160 € (voor voltijds equivalent) onder de vorm van ecocheques;

5)      De tweede pensioenpijler voor het contractueel personeel van het woonzorgcentrum wordt opgetrokken naar 2,5%; Voor de periode van 1 januari 2020 tot deze verhoging wordt voorzien in een eenmalige correctie door middel van een inhaalpremie; De tweede pensioenpijler voor het contractueel personeel van het woonzorgcentrum wordt opgetrokken naar 3% per 1 januari 2022.

Volgende groepen worden hierbij uitgesloten:

       De personeelsleden tewerkgesteld in het kader van artikel 60§7 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;

       De begeleiders leerlingenvervoer, middagtoezichters en modellen;

       Jobstudenten wat betreft de tweede pensioenpijler, consumptiecheques, cadeaubon en ecocheques.

In functie hiervan moet de rechtspositieregeling worden aangepast. De concrete aanpassing is toegevoegd als bijlage bij dit besluit.

 

Om pleegzorgverlof mogelijk te maken voor alle personeelsleden wordt artikel 308bis zoals omgeschreven in bijlage bij dit besluit toegevoegd in de rechtspositieregeling. 

 

Financiële weerslag

De financiële impact is voorzien in het budget en de meerjarenplanning.

Voor de uitvoering van het sectoraal akkoord ontvangt het bestuur voor het VIA-personeel financiering vanuit het VIA5-akkoord.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de aanpassing van de rechtspositieregeling woonzorgcentrum volgens de tekst toegevoegd als bijlage aan dit besluit goed.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 18/11/2020
Overzicht punten

Zitting van 09 november 2020

 

TWEEDE PENSIOENPIJLER - CONTRACTANTEN WOONZORGCENTRUM - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

In zitting van 23 december 2019 voerde de raad voor maatschappelijk welzijn een aanvullend pensioenstelsel in voor zijn contractuele personeelsleden van het woonzorgcentrum vanaf 1 januari 2020. Overwegende het zuinigheidsbeginsel en het redelijkheidsbeginsel werd er gradueel voorzien in een tweede pensioenpijler:

−met ingang vanaf 1 januari 2020 te voorzien in een pensioentoelage van 2%;

−met ingang vanaf 1 januari 2021 te voorzien in een pensioentoelage van 2,5%;

−met ingang vanaf 1 januari 2022 te voorzien in een pensioentoelage van 3%.

Op 10 april 2020 sloten de VVSG, de VVP, de drie vakbonden en de Vlaamse Regering een nieuw sectoraal akkoord af voor de personeelsleden van de lokale besturen. In dit lokaal akkoord wordt vanaf 1 januari 2020 de sectoraal afgesproken minimale bijdragevoet tweede pensioenpijler van het contractueel personeel, zowel VIA-personeel als niet-VIA-personeel, opgetrokken naar 2,5%.

 

Juridische gronden

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

De wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.

Het sectoraal akkoord 2008-2013 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen, afgesloten in het Vlaamse onderhandelingscomité C1 van 19 november 2008.

Het kaderreglement tweede pensioenpijler contractanten dat met de representatieve vakorganisaties onderhandeld werd in het Vlaamse onderhandelingscomité C1 van 9 december 2009.

Het sectoraal akkoord lokale en provinciale besturen 2020 waarin de sectoraal afgesproken minimale bijdragevoet tweede pensioenpijler van het contractueel personeel, zowel VIA-personeel als niet-VIA-personeel, wordt opgetrokken naar 2,5% met ingang vanaf 1 januari 2020. 

De beslissing van de raad van het maatschappelijk welzijn in zitting van 22 december 2010 houdende de invoering van een aanvullende pensioenstelsel met een pensioentoelage van 2% voor zijn contractuele personeelsleden waarbij het contractueel aangestelde personeel van de federaal gefinancierde gezondheidsinstellingen voorlopig werd uitgesloten van dit aanvullende pensioenstelsel in afwachting van duidelijkheid over de uitvoering van het akkoord van 18 juli 2005 betreffende de federale gezondheidssectoren - publieke sector en de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 19 april 2016 waarin deze pensioentoelage wordt verhoogd met 1% (namelijk van 2% naar 3%) met ingang vanaf 1 januari 2016.

De beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 23 december 2019 waarbij het contractueel aangestelde personeel van de federaal gefinancierde gezondheidsinstellingen niet langer wordt uitgesloten van het aanvullende pensioenstelsel en er voor het contractueel personeel van het woonzorgcentrum voorzien wordt in:

       in een pensioentoelage van 2% met ingang van 1 januari 2020;

       in een pensioentoelage van 2,5% met ingang van 1 januari 2021;

       in een pensioentoelage van 3% met ingang van 1 januari 2022.

 

Inspraak en advies

Een protocol van akkoord werd afgesloten met de representatieve vakorganisaties in het overleg- en onderhandelingscomité van 7 oktober 2020.

 

Bijlagen

1)      Protocolakkoord van het overleg- en onderhandelingscomité van 7 oktober 2020

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

In navolging van het sectoraal akkoord moet de bijdragevoet van de werkgever in de tweede pensioenpijler voor het contractuele personeel van het woonzorgcentrum verhoogd worden naar 2,5%. Voor de periode van 1 januari 2020 tot de realisatie van deze verhoging wordt voorzien in een eenmalige correctie door middel van een inhaalpremie. De verhoging van de bijdragevoet van de werkgever in de tweede pensioenpijler voor het contractuele personeel van het woonzorgcentrum naar 3% blijft behouden op 1 januari 2022.

 

Financiële weerslag

De nodige budgetten zijn voorzien in de meerjarenplanning. Voor het VIA-personeel ontvangt het bestuur financiering vanuit het VIA5-akkoord.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

De bijdragevoet van de werkgever in de tweede pensioenpijler voor het contractuele personeel van het woonzorgcentrum wordt verhoogd naar 2,5%. Voor de periode van 1 januari 2020 tot de realisatie van deze verhoging wordt voorzien in een eenmalige correctie door middel van een inhaalpremie. De verhoging van de bijdragevoet van de werkgever in de tweede pensioenpijler voor het contractuele personeel van het woonzorgcentrum naar 3% blijft behouden op 1 januari 2022.

 

Artikel 2

Deze beslissing wordt toegevoegd aan het lokale pensioenreglement en maakt hiervan deel uit.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 18/11/2020
Overzicht punten

Zitting van 09 november 2020

 

BIJZONDER COMITÉ VOOR DE SOCIALE DIENST - VERLENGING VERHINDERING MIREILLE VAN DIJK EN MANDAAT RAADSLID INGEWALD ANTONSSON - KENNISNAME

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

In zitting van 7 september 2020 nam de raad voor maatschappelijk welzijn akte van de verhindering van mevrouw Mireille Van Dijk als lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst en werden de geloofsbrieven van haar tijdelijke opvolger, de heer Ingewald Antonsson, goedgekeurd.

In zitting van 12 oktober 2020 werd de tijdelijke verhindering en vervanging verlengd tot en met 31 oktober 2020.

De periode van verhindering van Mireille Van Dijk dient opnieuw verlengd te worden, tot en met 1 december 2020.

 

Juridische gronden

Artikel 95 van het decreet lokaal bestuur.

Artikel 102 juncto artikel 12, 2° van het decreet lokaal bestuur.

 

Bijlage

1)      ziekteattest Mireille Van Dijk

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

Het mandaat van de heer Ingewald Antonsson als lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst kan verder verlengd worden voor de bijkomende periode van verhindering van mevrouw Mireille Van Dijk tot en met 1 december2020.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het gemeentebestuur.

 

 

BESLUIT

 

Enig artikel

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de verlenging van de periode van verhindering van mevrouw Mireille Van Dijk tot en met 1  december 2020 en van de verlenging van het mandaat van de heer Ingewald Antonsson in zijn ambt als lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst, aangesteld voor de vervanging van Mireille Van Dijk tijdens de periode dat zij verhinderd is en niet aanwezig kan zijn op de vergaderingen van het bijzonder comité voor de sociale dienst.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 18/11/2020
Overzicht punten

Zitting van 09 november 2020

 

WELZIJNSZORG KEMPEN - WIJZIGING STATUTEN EN PARTICIPATIE IOK - GOEDKEURING

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Welzijnszorg Kempen kreeg de vraag van IOK tot participatie.

 

Het Agentschap Binnenlands Bestuur en Audit Vlaanderen adviseren om enkele formele aanvullingen te voorzien in de statuten.

 

Juridische gronden

De oprichtingsakte van Welzijnszorg Kempen van 23 oktober 1981.

 

Het ministerieel besluit van 30 juni 1982.

 

De publicatie van de statuten van de vereniging in het uittreksel van het Belgisch Staatsblad van 4 september 1982.

 

De beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn om lid te worden van Welzijnszorg Kempen.

 

De beslissing van de Bijzondere Algemene Vergadering van 14 december 2011 tot verlenging van Welzijnszorg Kempen voor 30 jaar, ingaande op 5 september 2012.

 

De organieke wet van 8 juli 1976.

 

Het ocmw-decreet van 19 december 2008.

 

Artikel 224 van dit decreet dat bepaalt dat elke beslissing tot wijziging van de statuten, tot toelating van privaatrechtelijke rechtspersonen als deelgenoot, tot verlenging van de duur van de vereniging of tot vrijwillige ontbinding van de vereniging, is onderworpen aan hetzelfde toezicht als voor de oprichting van een vereniging.

 

Het decreet lokaal bestuur artikel 482 en artikel 476.

 

De statuten van Welzijnszorg Kempen, met name artikel 6, artikels 10-12 en artikel 23-24 die bepalen wat er dient te gebeuren bij een toetreding van een ander openbaar bestuur.

 

Bijlagen

1)      Brief en bijlagen van Welzijnszorg Kempen.

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

De wijziging van de statuten houdt geen verzwaring in van de verplichtingen of een vermindering van de rechten van de deelgenoten.

 

De raad van bestuur van Welzijnszorg Kempen keurde op 14 oktober 2020 het ontwerp van statutenwijziging goed.

 

Het is noodzakelijk om de voorafgaandelijke instemming te vragen van de deelgenoten om de statutenwijziging ter goedkeuring voor te leggen op de algemene vergadering van 9 december 2020.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het ocmw.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

De gemeenteraad verleent goedkeuring aan de voorgelegde gewijzigde statuten van Welzijnszorg Kempen naar aanleiding van de participatie van IOK in Welzijnszorg Kempen en de aanbevelingen geformuleerd door Agentschap Binnenlands Bestuur en Audit Vlaanderen.

 

Artikel 2

De gemeenteraad verleent goedkeuring aan de participatie van IOK in Welzijnszorg Kempen conform de voorgestelde modaliteiten.

 

Artikel 3

Het vast bureau wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan Welzijnszorg Kempen.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 18/11/2020
Overzicht punten

Zitting van 09 november 2020

 

IOK - BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING OP 18 DECEMBER 2020 - GOEDKEURING AGENDA EN VASTSTELLEN MANDAAT VERTEGENWOORDIGER

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Het ocmw is deelnemer van IOK.

 

Het ocmw werd per e-mail van 21 oktober 2020 opgeroepen om deel te nemen aan de buitengewone algemene vergadering van IOK die digitaal zal plaatsvinden op 18 december 2020 om 16u.

 

De agenda van deze algemene vergadering bevat volgende agendapunten:

1) Toetreding IOK in Welzijnszorg Kempen/Statutenwijziging

2) Activiteitenplan 2021

3) Begroting 2021

4) Toetreding IOK in OFP Provant

5) Varia

 

Juridische gronden

Het decreet lokaal bestuur (DLB) van 22 december 2017 en in het bijzonder artikel 40 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad.

 

Deel 3, titel 3 van het DLB inzake de intergemeentelijke samenwerking en in het bijzonder artikel 432, derde lid dat bepaalt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient herhaald te worden voor elke algemene vergadering.

 

De statuten van IOK.

 

Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 11 maart 2019 waarbij Jan Vangheel werd aangeduid als vertegenwoordiger en Peter Van Rompaey als plaatsvervangend vertegenwoordiger om deel te nemen aan alle algemene vergaderingen van IOK voor de bestuursperiode 2019-2024.

 

Bijlagen

1)      Brief en bijlagen van IOK.

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de uitnodiging van 21 oktober 2020 ter voorbereiding van de buitengewone algemene vergadering van IOK.

 

De raad voor maatschappelijk welzijn dient volgende agendapunten goed te keuren:

1) Toetreding IOK in Welzijnszorg Kempen/Statutenwijziging

2) Activiteitenplan 2021

3) Begroting 2021

4) Toetreding IOK in OFP Provant

5) Varia

 

Er zijn geen redenen voorhanden om de goedkeuring van de agendapunten te weigeren.

 

Het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden vastgesteld om conform het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn te handelen en te beslissen op deze algemene vergadering.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het ocmw.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de buitengewone algemene vergadering van IOK van 18 december 2020, zoals overgemaakt per e-mail van 21 oktober 2020, goedgekeurd.

 

Artikel 2

De vertegenwoordiger wordt gemandateerd om op de algemene vergadering van IOK van 18 december 2020 conform dit besluit te handelen en te beslissen. Indien deze algemene vergadering niet geldig zou kunnen beraadslagen of indien deze algemene vergadering om welke reden dan ook zou worden verdaagd, dan blijft de vertegenwoordiger gemachtigd om deel te nemen aan elke volgende vergadering met dezelfde agenda.

 

Artikel 3

Het vast bureau wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan IOK.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 18/11/2020
Overzicht punten

Zitting van 09 november 2020

 

CIPAL- ALGEMENE VERGADERING OP 10 DECEMBER 2020 - GOEDKEURING AGENDA EN VASTSTELLEN MANDAAT VERTEGENWOORDIGER

 

 

GRONDEN

 

Voorgeschiedenis / Feiten en context

Het ocmw is deelnemer van de dienstverlenende vereniging Cipal.

 

Het ocmw werd per brief van 26 oktober 2020 opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergadering van Cipal die op 10 december 2020 plaats heeft om 16 uur op digitale wijze.

 

De agenda van deze algemene vergadering bevat volgende agendapunten:

1. Toetreding en aanvaarding van nieuwe deelnemers

2. Bespreking en goedkeuring van de begroting voor het boekjaar 2021

3. Goedkeuring van het verslag, staande de vergadering

 

Juridische gronden

Het decreet lokaal bestuur (DLB) van 22 december 2017 en in het bijzonder artikel 40 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad.

 

Deel 3, titel 3 van het DLB inzake de intergemeentelijke samenwerking en in het bijzonder artikel 432, derde lid dat bepaalt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient herhaald te worden voor elke algemene vergadering.

 

De statuten van Cipal.

 

Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 11 maart 2019 waarbij Wim Caeyers werd aangeduid als vertegenwoordiger en Davy Geboers als plaatsvervangend vertegenwoordiger om deel te nemen aan alle algemene vergaderingen van Cipal voor de bestuursperiode 2019-2024.

 

Bijlagen

1)      Brief en bijlagen van Cipal.

 

MOTIVERING

 

Argumentatie

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de uitnodiging en de toelichtende nota van 26 oktober 2020 ter voorbereiding van de algemene vergadering van Cipal.

 

De raad voor maatschappelijk welzijn dient volgende agendapunten goed te keuren:

1. Toetreding en aanvaarding van nieuwe deelnemers

2. Bespreking en goedkeuring van de begroting voor het boekjaar 2021

3. Goedkeuring van het verslag, staande de vergadering

 

Er zijn geen redenen voorhanden om de goedkeuring van de agendapunten te weigeren.

 

Het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden vastgesteld om conform het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn te handelen en te beslissen op deze algemene vergadering.

 

Financiële weerslag

Dit besluit heeft geen financiële weerslag voor het ocmw.

 

 

BESLUIT

 

Artikel 1

Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de algemene vergadering van Cipal van 10 december 2020, zoals overgemaakt per brief van 26 oktober 2020, goedgekeurd.

 

Artikel 2

De vertegenwoordiger wordt gemandateerd om op de algemene vergadering van Cipal van 10 december 2020 conform dit besluit te handelen en te beslissen. Indien deze algemene vergadering niet geldig zou kunnen beraadslagen of indien deze algemene vergadering om welke reden dan ook zou worden verdaagd, dan blijft de vertegenwoordiger gemachtigd om deel te nemen aan elke volgende vergadering met dezelfde agenda.

 

Artikel 3

Het vast bureau wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan Cipal.

 

 

Beroepsmogelijkheden

Tegen deze beslissing kan binnen 30 dagen na de bekendmaking een klacht worden ingediend bij de toezichthoudende overheid via het digitaal klachtenformulier op https://lokaalbestuur.vlaanderen.be/digitaal-klachtenformulier ofwel via  aangetekende zending naar Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel ofwel via afgifte tegen ontvangstbewijs op het adres Agentschap Binnenlands Bestuur, VAC Herman Teirlinck Brussel, Thurn & Taxis-site, Havenlaan 88 bus 70, 1000 Brussel.

 

Deze beslissing kan tevens het voorwerp uitmaken van een verzoek tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel.

Het verzoekschrift daartoe moet aan deze instantie ofwel worden verzonden bij een per post aangetekend schrijven, ofwel wordt dit ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek ‘e-procedure’ op de website van de Raad van State - http://www.raadvst-consetat.be).

Het beroep moet binnen een termijn van 60 dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van deze beslissing worden ingediend.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.

Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

 

Publicatiedatum: 18/11/2020